Slecht nieuws vóór de geboorte; wie vertelt het de ouders?

Klinische praktijk
D. Tibboel
J.W. Wladimiroff
J.M. Nijman
F.W.J. Hazebroek
R.J. Scholtmeijer
J.C. Molenaar
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135:689-91

Zie ook de artikelen op bl. 703 en 707.

Dames en Heren,

Prenataal echoscopisch onderzoek behoort heden ten dage bijna tot de routinehandelingen bij zwangerschapscontroles. Vele ouderparen eisen dat minstens één keer tijdens de zwangerschap echoscopisch onderzoek wordt verricht, niet alleen om te laten vaststellen of er sprake is van één kind of van een meerling, maar meer nog ter geruststelling en ter uitsluiting van een aangeboren anatomische afwijking bij het ongeboren kind. Prenataal echoscopisch onderzoek is slechts één van de vele methoden (naast amnionpunctie, vlokkentest etc.) waarmee informatie over de zich ontwikkelende foetus kan worden verkregen.1

De volgende casus maken duidelijk dat echoscopisch onderzoek niet altijd leidt tot het gewenste effect, namelijk het stellen van de juiste diagnose en daaraan gekoppeld het geven van adequate voorlichting over de te verwachten afwijking bij het kind, of het geruststellen van de ouders met de mededeling dat een gezond en…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Sophia Kinderziekenhuis, Postbus 70029, 3000 LL Rotterdam.

Afd. Kinderheelkunde: dr.D.Tibboel, kinderarts; dr.F.W.J.Hazebroek en prof.dr.J.C.Molenaar, kinderchirurgen.

Afd. Kinderurologie: dr.J.M.Nijman en prof.dr.R.J.Scholtmeijer, kinderurologen.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Obstetrie en Gynaecologie, Rotterdam.

Prof.dr.J.W.Wladimiroff, gynaecoloog.

Contact dr.D.Tibboel

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties