Op de markt

Opinie
Peter W. de Leeuw
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:B835

artikel

Gezondheidszorg en marktwerking. Het is en blijft een onmogelijke combinatie. Hoewel er al uit diverse hoeken kritiek is geleverd op het zorg-marktprincipe, verwacht men nog steeds van ons dat wij dit zogenaamde ideaal blijven najagen. Er is overigens geen enkel bewijs dat de patiënt daar ook beter van wordt; sterker nog, het pakt voor de patiënt juist vaak slechter uit. Het meest recente voorbeeld van marktwerking die zijn doel voorbijschiet, betreft het experiment in de tandheelkundige zorgsector. Hoewel er zeker nuances zullen zijn die meegewogen moeten worden bij de beoordeling van de oplopende tandartstarieven, is het wel duidelijk dat de proef de harde economische realiteit pijnlijk heeft blootgelegd. Wie het in Den Haag allemaal bedacht heeft, weet ik niet, maar wat er gebeurd is, was volkomen voorspelbaar op basis van economische principes die zelfs voor een leek te begrijpen zijn. En dit alles speelt zich af in een tijd waarin het handelen op grond van door onderzoek verkregen bewijs in de tandheelkunde nog ver te zoeken is en doelmatigheid en standaardisatie hun intrede nog niet hebben gedaan. Het zou dan ook veel beter geweest zijn als de minister haar experiment had gericht op het stimuleren van onderzoek in de tandheelkunde en op de implementatie van relevante behandelmethoden. Hopelijk zal het recente advies van de Gezondheidsraad ‘De mondzorg van morgen’ de verantwoordelijke bewindslieden de ogen openen. In dit nummer van het Tijdschrift licht Soete dit advies toe (A4977) en levert Reijneveld er commentaar op (A5046). Men kan uit hun bijdragen niet anders concluderen dan dat de aandacht in de tandheelkundige zorg veel meer patiëntgeoriënteerd en doelmatiger zal moeten worden. Niettemin moet ook het begrip ‘doelmatigheid’ met de nodige omzichtigheid worden bekeken. U vindt in dit nummer namelijk ook een pro-contradebat dat doelmatige zorg bij het preoperatieve consult als onderwerp heeft. Waar Bucx, Wolff en Scheffer (A3848) ervoor pleiten om – waar dit mogelijk is – het consult ‘op papier’ te laten plaatsvinden, menen Van der Meer, Timmer en Marcus juist dat het altijd beter is om de patiënt daadwerkelijk te zien (A5140). Toch hebben de auteurs van beide kampen dezelfde doelstelling, namelijk het laag houden van de zorgkosten. Zolang wij het zelfs nog niet eens kunnen worden over dit soort problemen, lijkt het er toch wel sterk op dat wij als dokters inderdaad op de markt staan om onze specifieke waar aan te prijzen. En dat wilden we toch eigenlijk niet?

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties