De rol van allergie bij interstitiële cystitis

Klinische praktijk
Z. Pelikan
J.A.H. van Oers
W.J. Levens
S.M. Fouchier
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143:1289-92
Abstract

Dames en Heren,

Onderbuik- en mictieklachten kunnen veroorzaakt worden door interstitiële cystitis.1-5 De diagnostiek van de chronische interstitiële cystitis is niet altijd gemakkelijk en de therapeutische mogelijkheden zijn beperkt.4-5 Bij de differentiaaldiagnostiek van de interstitiële cystitis wordt er in de praktijk zelden aan een mogelijke causale rol van een allergiereactie gedacht,1-5 hoewel de rol van allergie bij diverse urologische aandoeningen al 3 decennia geleden in de literatuur gesuggereerd werd.1-46-11 Bovendien kent de tractus urogenitalis anatomische en functionele structuren, zoals epitheel, mucosa, vascularisatie, gladde spieren en mucosale klieren, die vergelijkbaar zijn met die van andere organen die traditioneel allergiereacties vertonen, zoals de bronchiale boom, het neusslijmvlies en het darmslijmvlies.412 13 Diverse patiënten uit deze groep hebben ook meer aandoeningen waarin allergie voor inhalatie- en/of voedselallergenen een causale rol speelt, zoals allergische rinitis, asthma bronchiale en urticaria.14 5914-17

Een urologisch onderzoek…

Auteursinformatie

Medisch Centrum De Klokkenberg, Centrum voor Allergologie-Immunologie, Galderseweg 81, 4836 AE Breda.

Dr.Z.Pelikan, allergoloog; J.A.H.van Oers en mw.S.M.Fouchier, assistent-geneeskundigen.

Sint Joseph Ziekenhuis, afd. Urologie, Veldhoven.

Dr.W.J.Levens, uroloog.

Contact dr.Z.Pelikan

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

A.E.J.
Dubois

Groningen, november 1999,

Pelikan et al. trekken de waarde van de dubbelblinde, placebogecontroleerde voedselprovocatie bij de onderbouwing van de causale rol van voeding bij klachten in twijfel en citeren een recente internationale publicatie waarin een meer ‘genuanceerde’ visie over de noodzaak van deze diagnostische methode gepresenteerd wordt (1999:2168).1 Bij nalezen van dit artikel blijkt echter dat de auteur van mening is dat bij verbetering op een eliminatiedieet een provocatieonderzoek plaats moet vinden om de diagnose te stellen en dat bij chronische aandoeningen, zoals atopische dermatitis of astma, een dergelijk onderzoek dubbelblind uitgevoerd dient te worden. Het blijft dus onduidelijk waarom Pelikan et al. een dubbelblinde onderzoeksopzet onnodig vinden, vooral omdat het hier gaat om een ziektebeeld dat niet als allergisch bekend of erkend is. Pelikan et al. menen dat het camoufleren van een voedingsmiddel in een ander voedingsmiddel geen correcte methode is. Echter, in het door hen geciteerde artikel wordt dit als methode aanbevolen en worden zelfs suggesties gedaan over geschikte verbergende voedingsmiddelen/placebo's.1

Wij zijn het eens met Pelikan et al. dat het ontwikkelen van geschikt materiaal voor dubbelblinde provocaties niet eenvoudig is en wij hebben om deze reden hier veel aandacht aan besteed gedurende de laatste jaren. Om blindering te waarborgen dient het provocatiemateriaal onderzocht te worden met een panel mensen dat goed kan proeven, iets wat gerealiseerd is in samenwerking met het Voedsellaboratorium van de Hanzehogeschool te Groningen. Allergeniteit moet ook gewaarborgd worden, en dit wordt zowel door middel van laboratoriumbepalingen als klinisch vastgesteld. Op deze manier is het gelukt om provocatiemateriaal te verkrijgen dat voldoet aan alle eisen, waarbij wij nog steeds bezig zijn nieuwe materialen te ontwikkelen. Wij zijn van mening dat deze inspanning gerechtvaardigd wordt door de toegenomen diagnostische zekerheid die de dubbelblinde provocatie mogelijk maakt. Wij nodigen Pelikan et al. uit om van ons provocatiemateriaal en onze ervaring gebruik te maken. Hiermee zouden zij hun gedachten over de rol van voedselallergie bij interstitiële cystitis wetenschappelijk kunnen onderbouwen.

A.E.J. Dubois
J.N.G. Oude Elberink
J.G.R. de Monchy
Literatuur
  1. Sampson HA. Food allergy. II. Diagnosis and management. J Allergy Clin Immunol 1999;103:981-9.