Classificatie en diagnostiek van persoonlijkheidsstoornissen

Klinische praktijk
W. van den Brink
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:2073-7

Inleiding

Alle artsen hebben ondertussen wel kennis gemaakt met de nieuwe psychiatrische classificatiesystemen. Ontslagbrieven van psychiaters eindigen namelijk steeds vaker met een ‘DSM-III(R)-diagnose’ en in de algemeen medische tijdschriften duiken deze classificatiesystemen steeds vaker op, en zelfs in,kranten en in tv-programma's. Relatief nieuw is daarbij de aandacht voor de classificatie en de diagnostiek van persoonlijkheidsstoornissen. Zo besprak Derksen de diagnostiek en de behandeling van de ‘borderline’-persoonlijkheidsstoornis in NRC-Handelsblad,1 en wie 's nachts wel eens heeft gekeken naar de Oprah Winfrey Show moet wel denken dat deze stoornis zeer frequent voorkomt, een direct gevolg is van vroegkinderlijke verwaarlozing en (seksueel) geweld, dat men zich voor een dergelijke aandoening niet (meer) hoeft te schamen en dat psychotherapie de aangewezen oplossing is.

Zes jaar geleden beschreef Rooijmans de ontwikkelingen in de psychiatrische diagnostiek in dit tijdschrift.2 Hij besteedde daarbij terecht veel aandacht aan de ‘Diagnostic and statistical manual of mental disorders’…

Auteursinformatie

Universiteit van Amsterdam, vakgroep Psychiatrie en vakgroep Klinische Epidemiologie en Biostatistiek, Amsterdam Institute for Addiction Research, Jacob Obrechtstraat 92. 1071 KR Amsterdam.

Prof.dr.W.van den Brink, arts-psychiatrisch epidemioloog.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties