artikel
Casus
Een 49-jarige vrouw werd verwezen naar de chirurg wegens aanhoudende klachten van haar rechter tepel. Ze had al enkele weken last van roodheid, pijn en zwelling. Sinds enige tijd kwam er ook een drupje geel vocht uit de rand van de tepel. Een behandeling met ciprofloxacine had niet veel geholpen. Verder was patiënte bekend met schildklierklachten en vaatlijden, rookte ze en had ze een BMI van 34 kg/m2. 2 jaar daarvoor had ze vergelijkbare klachten gehad en toen was door een andere chirurg een klein abces gedraineerd. Bij lichamelijk onderzoek was de mediale onderrand van de tepel verdikt en gevoelig en bij druk kwam er een drupje pus uit een kleine opening in de areola. In de oksel waren geen klieren te voelen. Omdat de aandoening recidiveerde en niet reageerde op behandeling met een antibioticum was dit een typische uiting van de ziekte van Zuska, ook bekend als periductale mastitis met fisteling of melkgangfistel. De oorzaak van de ziekte van Zuska is niet bekend, maar adipositas en roken zijn risicofactoren. De behandeling is chirurgisch en bestaat uit excisie van de gehele ontstoken ductus lactiferus tot in de tepel (microdochectomie) via een radiaire incisie. Om het hoge risico op een recidief te verkleinen moet aandacht worden besteed aan leefstijlfactoren, zoals afvallen en stoppen met roken.
Diagnose
Periductale mastitis met fisteling (ziekte van Zuska).
Over de oorzaak van "de ziekte van Zuska"
Collega J. de Vries presenteert in “Diagnose in beeld” een vorm van mastitis, die ten onrechte te weinig aandacht krijgt in de dagelijkse praktijk van de mammadiagnostiek. Patiënten met een periductale mastitis, zoals collega de Vries deze aandoening noemt, komen regelmatig op de afdeling radiologie in de hoop dat hun zoveelste recidief deze keer wel door echogeleide punctie zal kunnen worden verholpen. In een publicatie van vele jaren geleden, waar ik als mede-auteur aan heb meegewerkt, hebben wij hetzelfde beeld beschreven, daarbij verwijzend naar Haagensen.[1,2] Haagensen noemde het beeld subareolaire abcedering. Hij baseerde het ook deels op de beschrijvingen van Zuska, en verklaarde het als volgt: de ontsteking en de infectie zijn gerelateerd aan een ingetrokken tepel. Hierdoor groeit het plaveiselcelepitheel naar binnen, het ondergaat metaplasie en veroorzaakt vorming van keratinepluggen. De ductusobstructie die daarvan het gevolg is, leidt onvermijdelijk tot fisteling. De risicofactoren hoge BMI en roken waren in 1988 nog niet bekend, maar inderdaad wel cruciaal.
Met vriendelijke groeten,
Harmien Zonderland, mammaradioloog n.p.
Van Overhagen H, Zonderland HM, Laméris JS.Radiodiagnostic aspects of non-puerperal mastitis. RöFo 1988 ;294-297.
Haagensen, CD. Diseases of the Breast, 3rd ed., Saunders, Philadelphia 1986;384-393. Zie ook Figuur 25-4!
Ziekte van Zuska (antwoord auteurs)
Ik dank collega Zonderland voor deze aanvulling op mijn presentatie van de ziekte van Zuska. Ik heb meteen mijn (tweede) editie van Haagensen uit 1971 erbij gepakt en ook daarin de figuur (17-4) van de etiologie gevonden (zie http://www.mijnalbum.nl/Foto-CCO3BYYJ-G.jpg). Er staat tevens beschreven dat chirurgen die de pathologie van dit ziektebeeld niet kennen soms besluiten tot foutieve of onnodig uitgebreide ingrepen. Dat is ruim 40 jaar later nog steeds actueel.
Jakob Vries, chirurg-oncoloog