
Eind december ging een langgekoesterde droom van me eindelijk in vervulling. Samen met mijn vriendin ben ik bij een grote schaatswedstrijd in Thialf geweest. Het Daikin NK Allround & Sprint was één groot spektakel: ik heb acht uur lang enorm genoten van mensen die heel erg snel rondjes over een ijsbaan rijden.
Opeens gebeurde er toen iets wat me vaker overkomt. Een kind begon plotseling te krijsen. Ik was op slag alert. Er schoot meteen een gedachtecascade door mijn hoofd. Is er iets gebeurd? Heeft het kind pijn? Is het kind gevallen en heeft het een bot gebroken? Wat moet ik dan ook alweer doen? Waar is de EHBO-doos? Is er eigenlijk een AED in dit gebouw? En zo ja, waar?
Het is niet de eerste keer dat een dergelijke waterval van gedachten me overvalt. Telkens wanneer ik op een feestje iemand zie vallen ben ik op slag nuchter en klaar om te handelen. Als ik langs een stilstaande ambulance of brandweerauto fiets, vraag ik me af of ze hulp nodig hebben. Als ik een groep tieners tijdens de Nijmeegse Vierdaagsefeesten van een heuvel af zie glibberen, kan ik minutenlang hopen dat ze niet vallen, zodat ik geen EHBO hoef te verlenen en gewoon met mijn vriendin naar het vuurwerk kan kijken.
Veel situaties vragen nou eenmaal niet om een redder in nood
Toen ik aan mijn studie geneeskunde begon had ik dit niet verwacht. Een klein redderscomplex heb ik denk ik altijd al wel gehad. Op het schoolplein stond ik altijd al als eerste klaar als iemand van het klimrek viel of tijdens voetballen net te hard getackeld werd. Doordat ik nu ook daadwerkelijk weet hoe ik moet handelen, en met mijn EHBO diploma zelfs een wettelijke verplichting tot hulp verlenen heb, is dat alleen maar versterkt.
Het kan er echter soms ook voor zorgen dat ik mezelf belangrijker maak dan ik eigenlijk ben. Veel situaties vragen nou eenmaal niet om een redder in nood. Zoals het jongetje in Thialf. Ik had me voorbereid dat ik zijn arm ter plekke zou moeten gaan zetten of dat ik een tourniquet zou moeten aanleggen bij een hevige bloeding. In werkelijkheid had hij zijn warme chocolademelk laten vallen in de nek van de persoon die achter me zat. Als er iemand hulp nodig had was het de ontvanger van de chocolademelk. Maar goed, die gaf geen kik.
Guus Brand studeert geneeskunde in Nijmegen en is nu bezig met zijn seniorcoschap en solliciteren naar een functie als ANIOS.