Iets wat mijn supervisor in het verpleeghuis altijd besprak bij een opname was het medisch beleid. Ze leerde me de behandelbeperkingen duidelijk te bespreken en goed te noteren. Ze maakte tijd voor deze gesprekken en evalueerde ze jaarlijks. Ook in het ziekenhuis moet besproken worden of iemand gereanimeerd wil worden en of overplaatsing naar de IC wenselijk is. Zeker wanneer iemand wordt opgenomen.
Halverwege mijn dienst liep ik de behandelkamer binnen. Op de brancard lag een meneer van midden zeventig. Hij had sinds enkele dagen buikpijn, geen eetlust en obstipatieklachten. De meneer bleek verhoogde ontstekingswaardes te hebben en na een CT-scan werd de diagnose galblaasontsteking gesteld. Hij werd opgenomen met antibiotica. Aan mij de taak om hem dit te vertellen en de behandelbeperkingen te bespreken. Tijdens het gesprek werd de meneer emotioneel. Na uitleg over het medisch beleid besloot hij gereanimeerd te willen worden.
‘In de praktijk wordt er regelmatig tot zo’n acuut moment gewacht’
Enkele kamers verderop verbleef een dame, enkele jaren jonger dan haar buurman. Ze vertelde last te hebben van een pijnlijk en dik linker onderbeen. De dame had uitgezaaide darmkanker en zat in de rustweek van de palliatieve chemotherapie. Ze had een trombosebeen ontwikkeld waarvoor ze antistolling moest krijgen. Verder voelde ze zich goed en mocht ze met medicatie naar huis. Het beleid was haar verder duidelijk, maar wel wilde ze nog graag de behandelbeperkingen bespreken. De dame gaf aan er over nagedacht te hebben en het besproken te hebben met haar huisarts. Ze wilde niet gereanimeerd worden en niet naar de IC. Het leek haar goed als dit ook in het ziekenhuisdossier genoteerd zou worden.
Tijdens de opleiding leer je dat het belangrijk is om de behandelbeperkingen te bespreken. Het is van belang om stil te staan bij de prognose en de kwaliteit van leven na bepaalde interventies. Hoe je dit vervolgens bespreekt wordt ons niet geleerd. Een groot gemis. Maar oefening baart kunst en uiteindelijk ontwikkeld iedereen een eigen stijl. Evengoed blijven het ingewikkelde en kwetsbare gesprekken.
De behandelbeperkingen bespreken op een stressvolle SEH – waar veelal jonge arts-assistenten werken en patiënten erg ziek, in de war of verminderd aanspreekbaar kunnen zijn – heeft niet de voorkeur boven een poliklinische afspraak met de hoofdbehandelaar. Toch leert de praktijk dat er regelmatig tot zo’n acuut moment gewacht wordt. Of dat het bij de huisarts wel bekend is maar niet in het ziekenhuis. Eveneens een groot gemis. Iets waarbij de waardevolle lessen van mijn supervisor in het verpleeghuis een mooie aanvulling kunnen zijn voor de toekomst.
Hanneke (27) werkt op de SEH in de Achterhoek.