Preventie van neonatale tetanus in ontwikkelingslanden bemoeilijkt door lokale organisatie en beperkte kennis bij gezondheidswerkers en traditionele vroedvrouwen; Noord-Sulawesi (Indonesië)

Evaluation of the policy to prevent neonatal tetanus in North-Sulawesi (Indonesia).

Design

Descriptive and questionnaire study.

Setting

Twelve villages in the district of Minahassa, Sulawesi, Indonesia.

Method

The policy aimed at preventing neonatal tetanus was studied during the period April-June 1992. The relevant knowledge was tested of the community health workers (CHWs, n = 142) and traditional birth attendants (TBAs, n = 37) active in the 12 villages. To this purpose, 54 and 27 workers, respectively, were interviewed using a standard questionnaire.

Results

Not all women were vaccinated sufficiently to prevent their unborn children from tetanus; mostly, adequate vaccination records were lacking. 33 of the TBAs were unaware that neonatal tetanus can be prevented by hygienic delivery; in this respect there was no difference between trained and untrained TBAs. Of the CHWs, 39 were familiar with the correct vaccination policy and 26 did not know that pregnant women have to be vaccinated. 70 of the CHWs and TBAs wrongly believed that neonatal tetanus no longer occurred in their village.

Conclusion

CHWs and TBAs showed little interest in neonatal tetanus, so that they were lacking in motivation regarding hygienic delivery procedures and preventive tetanus toxoid vaccination. Implementation of a good preventive programme in developing countries mostly requires organizatory rather than biomedical improvement.

Samenvatting

Doel

Evaluatie van het preventiebeleid ten aanzien van neonatale tetanus in Noord-Sulawesi (Indonesië).

Opzet

Descriptief en enquête-onderzoek.

Plaats

Twaalf dorpen in het district de Minahassa, Sulawesi, Indonesië.

Methode

In de periode april-juni 1992 werd het preventieve beleid aangaande neonatale tetanus bestudeerd. De relevante kennis van in de 12 dorpen werkzame plaatselijke gezondheidswerkers (zogenaamde ‘community health workers’ (CHW's), n = 142) en traditionele vroedvrouwen (zogenaamde ‘traditional birth attendants’ (TBA's), n = 37) werd getoetst. Daarvoor werden respectievelijk 54 en 27 werkers geïnterviewd met een standaardvragenlijst.

Resultaten

Niet alle vrouwen werden voldoende gevaccineerd om hun ongeboren kind tegen tetanus te beschermen; een goede registratie van de vaccinatiestatus ontbrak veelal. Van de TBA's was 33 niet op de hoogte van het feit dat neonatale tetanus door hygiëne tijdens de bevalling voorkomen kan worden. Hierbij was er geen verschil tussen opgeleide en niet-opgeleide TBA's. Van de CHW's kende 39 het juiste vaccinatiebeleid en 26 wist niet dat zwangere vrouwen gevaccineerd moeten worden. Van de CHW's en de TBA's dacht 70 ten onrechte dat neonatale tetanus niet meer voorkwam in hun dorp.

Conclusie

De aandacht van CHW's en TBA's voor neonatale tetanus was gering, waardoor de motivatie tot hygiënische werkwijze bij bevallingen en tetanus-toxoïdvaccinatie ter preventie tekortschoten. Implementatie van een goed preventieprogramma vereist in ontwikkelingslanden vooral organisatorische en veel minder biomedische inbreng.