Maak kennis met Gabor Linthorst

Wat wilde u vroeger worden?

‘Ik ben opgegroeid in Loosdrecht en ging via de heide naar de middelbare school in Hilversum. Bij mooi weer maakte ik een kleine omweg langs het oude sanatorium Zonnestraal, destijds een ziekenhuis. Ik wilde daar de directeur van worden. Ik heb tot de coschappen gedacht geen clinicus te worden.’

Wie zijn uw grootste inspiratiebronnen?

‘Atul Gawande om zijn schrijverschap, Abraham Verghese om de beste dokters-‘TED Talk’ en Marcel Levi om zijn ongebreidelde enthousiasme voor het vak – en het geven van goed onderwijs.’

Wat is de grootste vergissing in uw carrière geweest?

‘Denken dat ik ook Leviaans op alle vlakken kon excelleren. Het lukt me niet om kliniek, onderwijs en onderzoek op hetzelfde niveau uit te oefenen. Daar berust ik overigens nu in.’

Wat was de beste stap in uw carrière?

‘Dat ik uiteindelijk toch een keuze gemaakt heb. Voor nu is dat dus onderwijs.’

Wat zou u doen als u 1 dag dictator zou kunnen zijn?

‘Aftreden. Hopelijk heeft het ego- of machtsvirus me dan niet toch al geïnfecteerd. Egon is trouwens ook mijn “middle name”. Nomen est omen?’

Wanneer bent u het gelukkigst?

‘Tijdens een lange duurloop met goede muziek in mijn oren.’

Welke onaangekondigde verandering heeft tijdens uw leven in uw werkveld het grootste verschil gemaakt?

‘Internet. Dat informatie zo snel beschikbaar is. En ook afleiding geeft. Ik voerde recent nog een discussie over studenten en hun verslaafdheid aan schermen.’

Wat is uw mooiste publicatie?

‘Van mijn meest geciteerde artikel schreef ik geen letter zelf (N Engl J Med. 2001;345:9-16). Een artikel over antistofvorming bij de behandeling van patiënten met de ziekte van Fabry bedacht en schreef ik zelf met mijn copromotoren (Kidney Int. 2004;66:1589-95). De citatiegraad van dat artikel is echter vele malen lager.’

Welk boek moet elke dokter lezen en waarom?

‘Better van Atul Gawande bevat 5 tips om een betere dokter te worden. Ik geef ze niet cadeau, lees het boek maar. Ik vind het ook zijn beste boek. Hij schreef ook een mooi stuk in The New Yorker over “mentoring”, komt vast nog in boekvorm.’

Met welke vraag worstelt u momenteel?

‘Wat maakt een goede dokter? Hoe leid je een goede dokter op?’

Heeft u een ‘guilty pleasure’?

‘YouTube-filmpjes van politieagenten die op de motor begeleid transport coördineren.’

Welke series of tv-programma’s kijkt u graag?

‘Geen. Op verzoek van een studentenvereniging geef ik 2 tot 3 keer per jaar een Dr. House-avond. We behandelen op die avond een aflevering die de organisatie opgeeft. Dan ben ik weer voor een paar maanden genezen.’

Welke muziek moet elke dokter luisteren?

‘Dat mag iedereen lekker zelf weten. Ik ontdekte laatst dat er op Spotify een reanimatie-afspeellijst is voor de juiste hartmassagesnelheid, waaronder natuurlijk “Staying alive” van de Bee Gees. Alsof je de tijd hebt om dat op te zoeken op het moment suprême.’

Hoe past alcohol in uw leven?

‘Goed.’

Waar kunt u zich over opwinden?

‘Synapsgeneeskunde, ofwel doen zonder denken. Maar ik ben de eerste om toe te geven dat ik ook op dat vlak niet brandschoon ben. Misschien dat wel: we moeten als artsen open zijn over twijfel en verkeerde beslissingen.’

Als u nu geen internist was, wat zou u dan het liefste zijn?

‘Thuis is een gebezigde uitspraak na een dag die niet als gewenst verliep: “Dan maar worstenverkoper bij de Hema.”’

Heeft u een tip voor studenten?

‘Doe voldoende buiten de geneeskunde. Voor je het weet bestaat je vriendenkring ook volledig uit dokters.’

Heeft u een tip voor de minister van VWS?

‘Tijdens mijn studie leerde ik dat je als directeur van een ziekenhuis altijd de gebeten hond zou zijn. Als minister lijkt me dat niet anders. Ik laat politiek aan de politici; ik heb mijn handen vol aan vak en gezin.’