regels voor resectie

Het pleiomorf adenoom van de glandula parotis

Klinische praktijk
Mischa de Ridder
Ludi E. Smeele
Alfons J.M. Balm
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A4662
Abstract

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Bekijk de toets

Dames en Heren,

In deze klinische les willen wij aan de hand van 2 ziektegeschiedenissen het belang aantonen van adequate primaire behandeling van speekselkliertumoren, in het bijzonder van het benigne pleiomorf adenoom van de glandula parotis (figuur 1).

Figuur 1

Deze tumor kan voorkomen in zowel de 2 grote gepaarde speekselklieren (glandula parotis en glandula submandibularis) als in de kleine submucosale kliertjes van het slijmvlies dat de gehele bovenste lucht- en voedselweg bedekt. Vooral het pleiomorf adenoom van de glandula parotis is berucht om de kans op een recidief na onvolledige chirurgische verwijdering.1 Bovendien kan in deze tumor op de langere termijn maligne ontaarding optreden naar een zogenoemd ‘carcinoma ex pleiomorf adenoma’.

Wij beschrijven 2 patiënten die aanvankelijk elders waren geopereerd en die vervolgens in ons ziekenhuis werden behandeld voor een recidief. De 2 casussen maken duidelijk hoe belangrijk het is deze benigne afwijking radicaal te reseceren.

Patiënt A, een…

Auteursinformatie

Nederlands Kanker Instituut-Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, afd. Hoofd-halschirurgie/oncologie, Amsterdam.

Drs. M. de Ridder, anios; prof.dr. L.E. Smeele en prof.dr. A.J.M. Balm, hoofd-halschirurgen.

Contact prof.dr. L.E. Smeele (l.smeele@nki.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 21 maart 2012

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties