artikel
Dementie komt vaker voor bij vrouwen in de menopauze die hormoontherapie gebruiken, dan bij vrouwen zonder hormoontherapie. Dit blijkt uit een grote patiënt-controlestudie die gebruik maakte van een register met data van alle inwoners van Denemarken (BMJ. 2023;381:e072770). Een oorzakelijk verband blijft echter onwaarschijnlijk.
Voor hun geneste patiënt-controleonderzoek includeerden Nelsan Pourhadi (Copenhagen University Hospital) en collega’s vrouwen die op 1 januari 2000 tussen de 50 en 60 jaar oud waren en op dat moment geen dementie en geen contra-indicaties voor het gebruik van menopauzale hormoontherapie hadden. Uit deze populatie selecteerden ze vrouwen die in de periode 2000-2018 de diagnose ‘dementie’ hadden gekregen (n = 5589, of 1,8% van het cohort). Menopauzaal hormoongebruik werd gedefinieerd als medicatievoorschriften voor oestrogeen met progestageen in de periode 1995 tot 2 jaar vóór de dementiediagnose of matching. Door de beperkte looptijd van het broncohort zijn dus alleen de relatief jong ontstane of vroeg opgespoorde dementieën meegenomen in het patiënt-controleonderzoek. In vergelijking met 55.890 gematchte leeftijdsgenoten zonder dementie waren de vrouwen met dementie gemiddeld lager opgeleid, vaker alleenstaand, hadden ze een lager inkomen en vaker hypertensie, diabetes en schildklierziekten.
Na correctie voor deze factoren kwam menopauzaal hormoongebruik vaker voor bij vrouwen die dementie kregen, met een hazard ratio van 1,24 (95%-BI: 1,17-1,33). Dit verband was er zowel voor continu als voor cyclisch gebruik van de hormonen, met een dosis-responsrelatie: HR oplopend van 1,21 naar 1,74 voor ≤ 1 jaar tot > 12 jaar hormoongebruik.
Een redactioneel commentaar (BMJ. 2023;381:p1404) wijst er nog maar eens op dat dit observationele onderzoek niets zegt over een oorzakelijk verband. Overgangsklachten en symptomen van dementie kunnen immers op elkaar lijken, met hormonale therapie als mogelijk gevolg. Ook hebben vrouwen die eerder medische hulp zoeken zowel meer kans op menopauzale hormoontherapie als op dementiediagnostiek. ‘Deze bevindingen kunnen niet bijdragen aan gezamenlijke besluitvorming over het gebruik van hormoontherapie voor menopauzale symptomen’, concluderen de redacteuren.
Reacties