Jeugdgezondheidszorg: veel preventie voor weinig geld

- As part of government policy, the ‘Youth healthcare’ prevention programme is offered free of charge to all children aged 0 to 19 years who are resident in the Netherlands. It consists of a programme of primary prevention (including vaccinations, information and advice) and secondary prevention (screening, surveillance, early diagnosis) and individual prevention and care. Many elements from the programme package have been shown to have a favourable cost-effectiveness relationship, in terms of health benefits and financially. Other elements have a social priority. The present government expenditure for the total youth healthcare package is about 380 million euros per year, that is 1900 euros per child. In terms of conditions prevented or years of life gained, this is cheaper than accepted prevention programmes for adults. The present approach can only be maintained and strengthened, if the expenditure is increased so that new programme elements can be investigated and – if found effective – implemented.

Recent is het totale preventieprogramma ‘Jeugdgezondheidszorg’ beschreven in het Basistakenpakket Jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar.1 2 Dit takenpakket wordt van overheidswege gratis aangeboden aan alle in Nederland verblijvende kinderen van 0 tot 19 jaar.3 Het bevat een uniform deel met 51 programmatische preventieactiviteiten, in te delen in primaire preventie (onder meer vaccinaties, voorlichting en advisering) en secundaire preventie (screeningen, signalering, vroegonderkenning). Daarnaast bevat het pakket maatwerkpreventie en zorg.

Net als in de curatieve gezondheidszorg en in de ‘care’ (ouderen-, gehandicapten- en geestelijke gezondheidszorg) bestaat voor vele onderdelen van het preventieprogramma ‘Jeugdgezondheidszorg’ onduidelijkheid over effectiviteit en doelmatigheid. Juist omdat het om preventie gaat, die ongevraagd aan alle kinderen wordt aangeboden, is het van groot belang zeker te weten dat alle onderdelen het beoogde effect hebben, niet schadelijk zijn en dat de voordelen groter zijn dan de nadelen. Teneinde onderzoek hiernaar gericht en systematisch te bevorderen is een ‘Programmeringstudie jeugdgezondheidszorg’ uitgevoerd. Deze…

Artikelinformatie

Aanvaard op

10 maart 2003

13 mei 2003

In print verschenen in

week 19 2003

Citeer dit artikel als

Ned Tijdschr Geneeskd. 2003;147:895-8

Vakgebied

Huisartsgeneeskunde

Kindergeneeskunde

Publieke gezondheidszorg

Auteursinformatie

TNO Preventie en Gezondheid, divisie Jeugd, Postbus 2215, 2301 CE Leiden.

Mw.prof.dr.S.P.Verloove-Vanhorick, kinderarts/epidemioloog (tevens: Leids Universitair Medisch Centrum, afd. Kindergeneeskunde, Leiden); dr.P.H.Verkerk, arts/epidemioloog; F.J.M.van Leerdam, jeugdarts (tevens: GGD West-Friesland, Hoorn); dr.S.A.Reijneveld, sociaal-geneeskundige/epidemioloog.

Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst (GG&GD), Amsterdam.

Contact Prof.dr.R.A.HiraSing, jeugdarts (sp.verloove@pg.tno.nl)