Ervaringen van nabestaanden die wel of geen toestemming gaven voor orgaandonatie

Perspectief
TJ. Tijmstra
J.W. Heyink
J. Pruim
M.J.H. Slooff
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:1557-60

Inleiding

Orgaantransplantatie is een geaccepteerde behandeling voor patiënten met een eindstadium van een primair orgaanlijden. Gezien de successen die ermee werden geboekt, neemt het aantal transplantaties ook gestaag toe.1 Enerzijds brengt dit met zich mee dat voor een aantal organen tekorten kunnen ontstaan, zoals bij de nier- en harttransplantatie.2 Anderzijds betekent het een toenemend aantal nabestaanden dat wordt geconfronteerd met de vraag om toestemming voor orgaanverwijdering. De laatste jaren blijkt dat per jaar tussen de 250 en 350 donors worden aangemeld bij de transplantatie-coördinators.1 Hieruit valt af te leiden dat jaarlijks aan honderden familieleden de vraag van toestemming wordt gesteld. Het is tevens bekend dat in ongeveer een derde van deze gevallen toestemming wordt geweigerd.1 Ook dient rekening te worden gehouden met een zekere onderrapportering (niet alle weigeringen zullen worden geregistreerd).

Er is weinig bekend over het proces van toestemming vragen en de beleving ervan door…

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit, Vakgroep Gezondheidswetenschappen, A. Deusinglaan 1, 9713 AV Groningen.

Dr.Tj.Tijmstra, medisch socioloog; drs.J.W.Heyink, klinisch psycholoog.

Academisch Ziekenhuis, afd. Chirurgie, Groningen.

J.Pruim, transplantatie-coördinator; dr.M.J.H. Slooff, chirurg.

Contact dr.Tj.Tijmstra

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties