De 'Phadiatop-test', een nieuwe in vitro-test voor inhalatie-allergie

Onderzoek
A.M.J. Wever
J. Wever-Hess
J.A. Kramps
J.D. Mulder Dzn
J.H. Dijkman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:70-3
Abstract

Samenvatting

De ‘Pharmacia differential atopy’ (Phadiatop)-test, een nieuwe in vitro-test in de diagnostiek van inhalatie-allergie, werd beoordeeld in relatie tot de radioallergosorbent-test (RAST), een bepaling van het specifiek immunoglobuline E(IgE)-gehalte en hiertoe uitgevoerd op zeven in Nederland algemeen voorkomende inhalatie-allergenen, en vergeleken met de paper-radio-immunosorbent-test (PRIST), een bepaling van het totaal IgE-gehalte. Deze tests werden bij 248 patiënten, in leeftijd variërend van 12-64 jaar en in het voorafgaande jaar door de huisarts behandeld met geneesmiddelen tegen astmatische aandoeningen, bepaald. De uitslag van de RAST werd positief beschouwd bij klasse ≥ 2 en die van de PRIST werd verhoogd beschouwd bij een waarde ≥ 200 kUl, ≥ 150 kUl en ≥ 100 kUl in respectievelijk de leeftijdsgroepen 12-14 jaar, 15-16 jaar en 17-64 jaar. De uitslag van de Phadiatop-test werd als positief of negatief opgegeven.

De voorspellende waarde van de Phadiatop-test voor een positief RAST-resultaat bedroeg 100 en voor een negatief RAST-resultaat 97,1, terwijl van de PRIST deze waarden respectievelijk 84,7 en 71,2 bedroegen.

Geconcludeerd wordt dat de Phadiatop-test een waardevolle test is om sensibilisatie voor algemeen voorkomende inhalatieallergenen aan te tonen of uit te sluiten.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Longziekten, Postbus 9600, 2300 RC Leiden.

Dr.A.M.J.Wever en prof.dr.J.H.Dijkman, longartsen; dr.J.A. Kramps, biochemicus.

Rijksuniversiteit, vakgroep Huisartsgeneeskunde, Leiden.

J.Wever-Hess, destijds wetenschappelijk medewerker; prof.dr. J.D.Mulder Dzn., huisarts.

Contact dr.A.M.J.Wever

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties