Artikel voor onderwijs en opleiding

Diagnostiek en behandeling van atriumfibrilleren

Smartwatch met hart erin afgebeeld
Luisteren
Robert G. Tieleman
Geert-Jan Geersing
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2023;167:D7485
Abstract

In de rubriek ‘Leerartikel’ beantwoorden experts veelvoorkomende vragen over een bepaald onderwerp. Test je kennis met de onlinetoets.

Dit artikel gaat in op de diagnostiek en behandeling van atriumfibrilleren aan de hand van vragen uit de praktijk. Continue ritmemonitoring met consumentenelektronica (‘wearables’), het verschil tussen ‘rate control’ en ‘rhythm control’ en de optimale vorm van antistolling komen hierbij aan de orde.

Toets voor nascholing

Aan dit leerartikel is een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kan verdienen. De toets is beschikbaar tot 22 juni 2025.

Maak de toets
Overzicht van te behalen accreditatiepunten
Specialisme Punt(en)
Alle BIG-erkende specialismen 1
  • Deze toets geldt voor alle BIG-erkende specialismen en levert je 1 nascholingspunt op. De toets is geaccrediteerd door ABAN, NAPA, KNMP en NVZA.
  • De toets telt mee binnen en buiten het eigen vakgebied voor medisch specialisten, huisartsen, sociaal geneeskundigen,specialisten ouderengeneeskunde, apothekers en physician assistants. De accreditatie geldt niet voor verpleegkundig specialisten.
  • De toewijzing van punten verloopt via PE-online (het herregistratiesysteem) na het invullen van je BIG-nummer.

Atriumfibrilleren is de meest gediagnosticeerde ritmestoornis. De prevalentie neemt toe met het stijgen van de leeftijd. Er zijn in Nederland circa 360.000 patiënten bekend met atriumfibrilleren. Hoewel het exacte aantal niet zeker is, zijn er daarnaast naar schatting 80.000 mensen met atriumfibrilleren die dat nog niet weten, omdat de diagnose nooit gesteld is.1 Dit is van belang, omdat atriumfibrilleren gepaard gaat met een vijf keer hoger risico op het krijgen van een ischemisch CVA.2

Dat risico is met meer dan 70% te reduceren door levenslange behandeling met orale antistolling.3,4 Vroegtijdige diagnose en behandeling van atriumfibrilleren kan daarmee in potentie veel CVA’s voorkómen. Wanneer de ritmestoornis is vastgesteld moet de indicatie voor antistolling beoordeeld worden met de CHA2DS2-VASc-score (tabel 1). Daarnaast dient gestreefd te worden naar vermindering van symptomen. Dit kan door hartfrequentie verlagende medicatie (‘rate control’) of herstel van het normale sinusritme (‘rhythm control’). Tenslotte is het…

Luisterversie

Het audiobestand van dit artikel is alleen toegankelijk voor abonnees. Log in om het artikel te beluisteren.

Inloggen
Auteursinformatie

Martini Ziekenhuis, afd. Cardiologie, Groningen: dr. R.G. Tieleman, cardioloog-klinisch elektrofysioloog (tevens: UMC Groningen). UMC Utrecht, Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijnsgeneeskunde, Utrecht: dr. G.J. Geersing, huisarts (tevens: groepspraktijk Buitenhof, OLVG Locatie Oost, Amsterdam).

Contact R.G. Tieleman (r.tieleman@mzh.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: er zijn mogelijke belangen gemeld bij dit artikel. ICMJE-formulieren met de belangenverklaring van de auteurs zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Auteur Belangenverstrengeling
Robert G. Tieleman ICMJE-formulier
Geert-Jan Geersing ICMJE-formulier
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
10 vragen over
Huisartsgeneeskunde
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties