combineer monofilamenttest met een andere test

Waarde van monofilament bij diagnostiek van perifere neuropathie*

Onderzoek
Jacquelien Dros
Astrid Wewerinke
Gerben ter Riet
Henk C. van Weert
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2087
Abstract

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Bekijk de toets

Samenvatting

Doel

Beschrijven van de diagnostische waarde van het 10 g-monofilament bij perifere neuropathie.

Opzet

Systematische review.

Methode

Wij zochten tot augustus 2010 in Medline en Embase naar onderzoeken over de waarde van het 10 g-monofilament voor het opsporen van perifere neuropathie van welke oorzaak dan ook. Zenuwgeleidingsonderzoek was de referentiestandaard. Met de ‘Quality assessment of diagnostic accuracy studies’ (QUADAS)-vragenlijst werd de methodologische kwaliteit bepaald.

Resultaten

Uit 233 publicaties selecteerden wij op grond van titels en samenvattingen 62 studies, waarvan 5 voldeden aan methodologische criteria voor datasynthese. Deze 5 onderzoeken hadden alleen betrekking op patiënten met diabetes mellitus, waren heterogeen in uitvoering en hadden beperkingen volgens het QUADAS-instrument. Met gepoolde data was de sensitiviteit 82% (95%-BI: 66-92) en de specificiteit 77% (95% BI 55-90).

Conclusie

Ondanks veelvuldig gebruik van de monofilamenttest kan er weinig gezegd worden over de waarde van deze test voor het opsporen van neuropathie in voeten zonder zichtbare ulcera. Definiëring van afkapwaarden en optimale uitvoering van de test verdienen prioriteit in het onderzoek, gezien de aanbevelingen voor deze test in diverse richtlijnen. Daarom raden wij vooralsnog af om op basis van alleen de monofilamenttest perifere neuropathie aan te tonen of uit te sluiten.

Auteursinformatie

* Een deel van dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in de Annals of Family Medicine (2009;7:555-8), met als titel ‘Accuracy of monofilament testing to diagnose peripheral neuropathy: a systematic review’. Afgedrukt met toestemming.

Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Huisartsgeneeskunde, Amsterdam.

Drs. J. Dros, huisarts-onderzoeker; drs. A. Wewerinke, huisarts; dr. G. ter Riet, arts-epidemioloog; prof.dr. H.C. van Weert, huisarts-onderzoeker

Contact drs. J. Dros (J.Dros@amc.uva.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: Dit onderzoek werd financieel ondersteund door ZonMw (subsidie nr. 4200.0018); ZonMw had geen bemoeienis met de opzet van het onderzoek, de verzameling, analyse en interpretatie van de gegevens, en het opstellen en publiceren van het definitieve manuscript.
Aanvaard op 23 januari 2011

Geen therapeutisch nihilisme meer in de neurologie
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Diabetes mellitus
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties