Vruchtensap-malabsorptie: niet alleen fructose

De meeste kinderen in de westerse landen drinken gemiddeld 150 tot 200 ml vruchtensap op 1-jarige leeftijd. Grotere hoeveelheden geven maag-darmproblemen. Zo kan het drinken van appelsap chronische, niet-specifieke diarree (‘Toddler's diarrhea’) veroorzaken door malabsorptie van vrij fructose.

In vruchtensappen zijn fructose, glucose, sucrose en sorbitol in het algemeen in relatief grote hoeveelheden aanwezig. Hoekstra et al. bekeken of de aanwezigheid van mono- of polysacchariden een rol speelt bij het ontstaan van diarree.1 De H₂-ademtest werd hiervoor bij 25 gezonde kinderen tussen de 2,2 en 6,4 jaar bepaald na het drinken van appelsap, druivensap en bosbessensap. Deze laatste 2 sappen bevatten evenveel fructose als glucose en geen sorbitol. Tevens kreeg een deel van de kinderen een met gist behandeld vruchtensap waardoor de hoeveelheid fructose en glucose wordt verminderd. Tijdens de H₂-ademtest tot 4 uur na inname werden symptomen als diarree, gasvorming, buikkrampen en een opgezette buik genoteerd. Een H₂-concentratie ? 20 ppm boven de basale waarde werd beschouwd als maat voor incomplete absorptie.

De verrassende conclusie was dat in alle groepen incomplete absorptie bestond. Dit gold zowel bij equimolaire concentraties van fructose en glucose als bij fructose bij overmaat aan glucose. Geen van de kinderen had echter symptomen van intolerantie voor de sappen. Ook bij de met gist behandelde sappen (met een sterk verlaagde concentratie glucose en fructose) bleef de malabsorptie aanwezig. Hierdoor moet geconstateerd worden dat andere koolhydraten, mogelijk oligosacchariden uit de schil, de oorzaak zouden kunnen zijn van de toename van H₂ in de uitademing en het ontstaan van diarree na het drinken van vruchtensap.