Verwardheid en afwijkende leveruitslagen: de lastige diagnose 'hepatische encefalopathie'

Klinische praktijk
M.E. Hendriks
D.J. van Westerloo
P. Portegies
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151:2701-6
Abstract

Dames en Heren,

Hepatische encefalopathie is een potentieel reversibel syndroom van neurologische symptomen dat voorkomt bij patiënten met leverfalen. De belangrijkste symptomen zijn verwardheid, een gedaald bewustzijn en motorische verschijnselen zoals een asterixis.1 2 Asterixis is het onvermogen een vaste positie te behouden (‘sterixis’ is ‘vaste positie’ in het Grieks) en is zichtbaar als een plotseling tonusverlies van de hand- en polsspieren bij het uitstrekken van de armen. Asterixis wordt ook wel een ‘flapping tremor’ of ‘negatieve myoklonieën’ genoemd. Bij patiënten met leverfalen komt hepatische encefalopathie veel voor en het is een belangrijke oorzaak van morbiditeit en sterfte. Het stellen van de diagnose kan in beginstadia lastig zijn, doordat de symptomen fluctueren en aspecifiek zijn.

In deze les illustreren wij aan de hand van 3 ziektegeschiedenissen de variatie in het ziektebeeld en geven wij een leidraad voor het stellen van de diagnose ‘hepatische encefalopathie’.

Patiënt A, een 60-jarige man…

Auteursinformatie

Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Amsterdam.

Afd. Neurologie: mw.M.E.Hendriks, arts in opleiding tot neuroloog (thans: Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Neurologie, Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam); hr.dr.P.Portegies, neuroloog.

Afd. Interne Geneeskunde: hr.D.J.van Westerloo, arts in opleiding tot internist.

Contact mw.M.E.Hendriks (m.e.hendriks@amc.uva.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

M.W.
Hengeveld

Rotterdam, december 2007,

Het is goed dat Hendriks et al. (2007:2701-6) aandacht besteden aan hepatische encefalopathie als oorzaak van wat psychiaters een delirium noemen. Bij de beschrijving van de symptomen gebruiken zij echter de term ‘verwardheid’. Deze term is naar mijn mening onduidelijk, omdat die te veel verschillende betekenissen heeft. Patiënten gebruiken de term, conform Van Dale, voor chaotisch en ongeregeld denken of praten, maar ook voor verlegenheid en voor emotionele ontregeling. Wat neurologen ermee bedoelen, is niet eenduidig.

Oosterhuis’ Klinische neurologie definieert ‘verwardheid’ niet, maar noemt de term als symptoom bij de ziekte van Wernicke-Korsakov, en onderscheidt verwardheid van onder andere geheugenstoornissen, desoriëntatie en bewustzijnsdaling.1 Andere Nederlandse neurologische boeken gebruiken de term niet. Ook in Pinkhof Geneeskundig woordenboek komt die niet voor.2 Evenmin in het Leerboek psychiatrie.3

Coëlho’s Zakwoordenboek der geneeskunde omschrijft verwardheid als een ‘toestand van angst, desoriëntatie, motorische onrust en verlaagd bewustzijn’, met als synoniem ‘confusie’.4 Duidelijk is dat deze betekenis van ‘verwardheid’ overeenkomt met het Engelse ‘confusion’, een term die wel gebruikt wordt voor wat wij meestal ‘delirium’ noemen. Het gaat hierbij dus om een totaal andere opvatting dan die van Oosterhuis.

Kortom, het zou beter zijn als auteurs voortaan helder omschreven termen gebruiken bij de beschrijving van de psychiatrische symptomen van hun patiënten.5

M.W. Hengeveld
Literatuur
  1. Oosterhuis HJGH. Klinische neurologie. 14e dr. Houten: Bohn Stafleu van Loghum; 2000.

  2. Everdingen JJE van, Eerenbeemt AAM van den, Klazinga NS, Pols J, redacteuren. Pinkhof Geneeskundig woordenboek. 11e dr. Houten: Bohn Stafleu van Loghum; 2006.

  3. Hengeveld MW, Balkom AJLM van, redacteuren. Leerboek psychiatrie. Utrecht: De Tijdstroom; 2005.

  4. Coëlho MB. Zakwoordenboek der geneeskunde. 25e dr. Arnhem: Elsevier; 1997.

  5. Hengeveld MW, Schudel WJ. Het psychiatrisch onderzoek. 3e dr. Utrecht: De Tijdstroom; 2003.