Verschillen in samenstelling van de atherosclerotische plaque tussen mannen en vrouwen als verklaring voor het geringere succes van carotisendarteriëctomie bij vrouwen

Onderzoek
W.E. Hellings
G. Pasterkamp
B.A.N. Verhoeven
D.P.V. de Kleijn
J.P.P.M. de Vries
C.A. Seldenrijk
Th. van den Broek
F.L. Moll
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2624-31
Abstract

Samenvatting

Doel

Nagaan of er tussen vrouwen en mannen verschillen zijn in samenstelling van atherosclerotische plaque verkregen bij carotisendarteriëctomie.

Opzet

Observationeel en beschrijvend.

Methoden

Plaques verkregen bij carotisendarteriëctomie van 450 opeenvolgende patiënten (135 vrouwen, 315 mannen) werden beoordeeld op aanwezigheid van macrofagen, gladde spiercellen, collageen, calcificaties en luminale trombus door middel van immunohistochemische kleuringen. De plaques werden verdeeld in 3 fenotypen gebaseerd op het totaalbeeld van de histologische kenmerken en het vetgehalte. Uit de plaques werd eiwit geïsoleerd voor bepaling van de concentraties van interleukine(IL)-6, IL-8 en de activiteit van matrixmetalloproteïnase(MMP)-8 en MMP-9.

Resultaten

Bij vrouwen werd minder vaak een atheromateuze (> 40 vet) plaque gevonden dan bij mannen (22 versus 40; p < 0,001). Daarnaast hadden meer vrouwen dan mannen een geringe hoeveelheid macrofagen (18 versus 11; p = 0,05) en een grote hoeveelheid gladde spiercelcellen (38 versus 24; p = 0,001). De plaques van vrouwen hadden een lagere concentratie IL-8 en een lagere MMP-8-activiteit. De verschillen tussen mannen en vrouwen golden voornamelijk de asymptomatische patiëntengroep. Bij 9 van de asymptomatische vrouwen werd een atheromateuze plaque gezien; bij asymptomatische mannen was dit percentage 39 (p = 0,02). Daarbij hadden de vrouwen vergeleken met de mannen een grote hoeveelheid gladde spiercellen (53 versus 30; p = 0,03) en collageen (55 versus 24; p = 0,003). Alle verbanden tussen geslacht en plaquekenmerken, behalve MMP-8, bleven identiek in de multivariate analyse, waarin klinische presentatie en cardiovasculaire risicofactoren werden meegenomen.

Conclusie

Vrouwen met een carotisstenose hadden stabielere plaques dan mannen, onafhankelijk van de klinische presentatie en het cardiovasculaire risicoprofiel. Bij asymptomatische vrouwen werden vaak stabiele plaques gevonden. Deze bevindingen kunnen verklaren waarom mannen meer baat hebben bij een carotisendarteriëctomie dan vrouwen.

Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2624-31

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Utrecht, Heidelberglaan 100, 3584 CX Utrecht.

Afd. Vaatchirurgie: hr.dr.W.E.Hellings, arts in opleiding tot chirurg (tevens: Laboratorium Experimentele Cardiologie); hr.dr.B.A.N.Verhoeven, arts in opleiding tot chirurg; hr.prof.dr.F.L.Moll, vaatchirurg.

Laboratorium Experimentele Cardiologie, Huispost G02.523: hr.prof.dr.G.Pasterkamp, arts en epidemioloog; hr.dr.D.P.V.de Kleijn, moleculair bioloog; hr.drs.Th.van den Broek, arts.

St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein.

Afd. Vaatchirurgie: hr.dr.J.P.P.M.de Vries, vaatchirurg.

Afd. Pathologie: hr.dr.C.A.Seldenrijk, patholoog.

Contact hr.prof.dr.G.Pasterkamp (g.pasterkamp@umcutrecht.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties