Te jong voor een pijnlijke scheve rug

Alkmaar, december 2002,

Henkus et al. stellen in de laatste alinea van hun interessante klinische les dat chronische rugpijn bij jonge patiënten een reden vormt voor verder onderzoek (2002:2069-72). Dit lijkt mij in tegenspraak met de hoofdlijn van hun eigen artikel, die ook is uitgedrukt in de titel: ‘Te jong voor een pijnlijke scheve rug’. In het artikel wordt namelijk de nadruk gelegd op de pijnlijke scoliose als opvallendste bevinding bij de 3 patiënten. Bovendien wordt beschreven dat er bij 2 van hen een pijnlijke bewegingsbeperking bij het onderzoek werd gevonden. Mij lijken deze bevindingen, zeker in combinatie met nachtelijke pijn (zoals bij de eerste patiënt), belangrijke aanwijzingen dat de klachten een specifieke oorzaak hebben. De boodschap van de klinische les wordt mijns inziens dan ook beter verwoord in de tweede zin van de slotalinea, waarin de auteurs betogen dat bij een pijnlijke houdingsafhankelijke scoliose verder orthopedisch onderzoek is aangewezen. Het is in het licht van de nieuwste epidemiologische gegevens duidelijk dat (lage) rugklachten bij adolescenten en zelfs bij schoolkinderen veel algemener voorkomen dan tot voor kort werd gedacht. De veronderstelling dat rugklachten op jeugdige leeftijd vaker een specifieke oorzaak hebben, lijkt bovendien onjuist. Er zijn verschillende studies verschenen waaruit zou blijken dat bij rugpijn op jeugdige leeftijd vrijwel dezelfde factoren, waaronder ook psychosociale, een rol spelen als bij rugpijn op volwassen leeftijd. Het lijkt dan ook onwenselijk om bij jeugdigen met rugklachten al te agressief te zijn wat diagnostiek betreft.1-4 Des te meer is het van belang om alert te zijn op die aspecten bij anamnese of lichamelijk onderzoek die een aanwijzing kunnen zijn dat er wel een specifieke oorzaak aan de klachten ten grondslag ligt. In deze boodschap ligt de grote waarde van deze klinische les.