Psychiatrische medicatie als risicofactor voor fatale hittecollaps

R. Fijnheer
P.J.G. van de Ven
D.W. Erkelens
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139:1391-3
Abstract

Samenvatting

Bij 2 mannen van 33 en 31 jaar werd in de warme zomer van 1994 een fatale hittecollaps vastgesteld. De ene patiënt gebruikte als psychiatrische medicatie pimozide en clomipramine, de ander zuclopentixol, dexetimide, droperidol, promethazine en propranolol. Beiden hadden een lichaamstemperatuur > 42,3°C, maar transpireerden niet. Aanvankelijk bestond slechts een comateuze toestand met vrijwel onveranderde laboratoriumwaarden, snel gevolgd door het beeld van massaal leververval, diffuse intravasale stolling, anemie, trombopenie en acute nierinsufficiëntie. Ondanks adequate en snelle behandeling bleken deze complicaties fataal. Beide patiënten gebruikten meerdere medicijnen met antidopaminerge werking en anticholinergische (bij)werking. Het instelpunt van het temperatuurregulatiecentrum kan door de antidopaminerge werking van antipsychotica worden verhoogd. Gebruik van medicatie met anticholinergische werking kan door remming van de parasympathicomimetisch gemedieerde zweetsecretie de thermoregulatie verstoren. Het is aan te bevelen patiënten die deze medicatie gebruiken te wijzen op de gevaren bij een ongebruikelijk hoge buitentemperatuur.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, Heidelberglaan 100, 3584 CX Utrecht.

Afd. Interne Geneeskunde: dr.R.Fijnheer en P.J.G.van de Ven, assistent-geneeskundigen; prof.dr.D.W.Erkelens, internist.

Contact dr.R.Fijnheer

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties