Overleven met een melanoom: prognose op verschillende momenten na de diagnose*

Onderzoek
Robert J.T. van der Leest
Loes M. Hollestein
Liza N. van Steenbergen
Esther de Vries
Tamar Nijsten
Alexander C.J. van Akkooi
Jan-Willem W. Coebergh
Maryska L.G. Janssen-Heijnen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2014;158:A7592
Abstract

Samenvatting

Doel

De overleving bepalen van patiënten met een melanoom, naarmate zij langer leven na de diagnose.

Opzet

Retrospectief onderzoek.

Methoden

Alle patiënten die in de periode 1994-2008 de diagnose ‘invasief melanoom’ kregen, werden geïncludeerd. De prognose van melanoompatiënten werd berekend voor elk extra overleefd jaar na de diagnose, in de vorm van een conditionele relatieve 1- en 5-jaarsoverleving (de laatste alleen voor lymfekliernegatieve patiënten). Er werd uitgesplitst naar geslacht en Breslow-dikte.

Resultaten

In de periode 1994-2008 werden 40.050 patiënten gediagnosticeerd met een melanoom (stadium I-III, 6% met lymfekliermetastasen) (bron: Nederlandse Kanker Registratie). De overleving voor patiënten met een melanoom met een Breslow-dikte van ≤ 1,0 mm (T1) was op het moment van diagnose en gedurende de gehele follow-upperiode gelijk aan die in de algehele bevolking. 6-8 jaar na diagnose werd de conditionele 5-jaarsoverleving van patiënten met een 1-2 mm dik melanoom (T2) ongeveer gelijk aan die van de algehele bevolking. Hoewel de conditionele relatieve 5-jaarsoverleving van patiënten met een melanoom > 4 mm dik (T4) steeg van ongeveer 60% bij diagnose naar 90% na 7 jaar, bleef een oversterfte van ongeveer 10% bestaan.

Conclusie

Naarmate de patiënten langer overleefden, werd de prognose van de Nederlandse melanoompatiënten beter, vooral bij vrouwen en patiënten met een dik melanoom. Bij patiënten met een T1-melanoom bleef de overleving vanaf diagnose gelijk aan die in de algehele bevolking.

Auteursinformatie

* Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in European Journal of Cancer (2014;50:602-10) met als titel ‘Conditional survival of malignant melanoma in The Netherlands: 1994-2008’. Afgedrukt met toestemming.

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam.

Afd. Dermatologie: drs. R.J.T. van der Leest, aios Dermatologie; dr. L.M. Hollestein, wetenschappelijk onderzoeker; dr. E. de Vries, epidemioloog (tevens: afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg); prof.dr. T. Nijsten, dermatoloog.

Afd. Oncologische Chirurgie: dr. A.C.J. van Akkooi, aios Chirurgische Oncologie.

Eindhoven Kanker Registratie / Integraal Kankercentrum Nederland, locatie Zuid, Eindhoven.

VieCuri Medisch Centrum, afd.Wetenschapsbureau.

Dr. M.L.G. Janssen-Heijnen, klinisch epidemioloog (tevens: Erasmus MC, afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg en Eindhoven Kanker Registratie / Integraal Kankercentrum Nederland, locatie Zuid, Eindhoven).

Contact drs. R. van der Leest (r.vanderleest@erasmusmc.nl)

Verantwoording

De registratiemedewerkers van de Nederlandse Kankerregistratie leverden de data voor dit onderzoek.
Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: KWF Kankerbestrijding: [IKZ 2009-4316], project ‘Insight into health aspects of long-term cancer survivors in the Netherlands – a tool for caregivers and cancer survivors’ (www.kankeroverleving.nl).
Aanvaard op 21 maart 2014

Auteur Belangenverstrengeling
Robert J.T. van der Leest ICMJE-formulier
Loes M. Hollestein ICMJE-formulier
Liza N. van Steenbergen ICMJE-formulier
Esther de Vries ICMJE-formulier
Tamar Nijsten ICMJE-formulier
Alexander C.J. van Akkooi ICMJE-formulier
Jan-Willem W. Coebergh ICMJE-formulier
Maryska L.G. Janssen-Heijnen ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties