Het lijkt gunstiger om patiënten met het carpaletunnelsyndroom direct te opereren dan ze een corticosteroïdinjectie te geven. Dat blijkt uit dit vergelijkende zorgevaluatie-onderzoek. De studie belicht de kans op herstel, functionele resultaten en patiënttevredenheid.
Samenvatting
Doel
Chirurgie en corticosteroïdinjecties zijn effectieve behandelingen voor het carpaletunnelsyndroom (CTS), maar de optimale behandelstrategie blijft onduidelijk. De DISTRICTS had als doel de effectiviteit van twee behandelstrategieën met elkaar te vergelijken.
Opzet
Open-label, gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek in Nederland.
Methode
Geschikte patiënten met CTS werden gerandomiseerd naar: direct een operatieve behandeling, of eerst beginnen met een corticosteroïdinjectie. Aanvullende behandelingen waren toegestaan. De primaire uitkomst was het percentage patiënten dat herstelde, gedefinieerd als een score van minder dan acht punten op CTS-6-vragenlijst na 18 maanden.
Resultaten en conclusie
934 deelnemers werden geïncludeerd. Het herstelpercentage in de operatiegroep was met 61% aanzienlijk hoger dan het herstelpercentage van 45% in de injectiegroep. Patiënten met CTS direct operatief behandelen vergroot de kans op herstel na 18 maanden in vergelijking met eerst een corticosteroïdinjectie.
Reacties