Opsporing van het metabool syndroom door mensen zelf hun middelomtrek te laten meten*

Onderzoek
Corine den Engelsen
Maureen van den Donk
Kees J. Gorter
Philippe L. Salomé
Inge W.G. Bobbink
Guy E.H.M. Rutten
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A1028
Abstract

Samenvatting

Doel

Het bepalen van zowel de bruikbaarheid als de opbrengst in termen van cardiovasculaire risicofactoren van het zelf laten meten van de buikomvang door ogenschijnlijk gezonde mensen. Tevens onderzochten wij de prevalentie van het metabool syndroom in een patiëntenpopulatie van 20-69-jarigen in IJsselstein.

Opzet

Cross-sectionele screeningsstudie.

Methode

Alle patiënten van de Medische Maatschap IJsselstein van 20-69 jaar die niet bekend waren wegens diabetes mellitus, hypertensie of dyslipidemie (n = 11.862) kregen via de huisartsenpraktijk een meetlint met instructie opgestuurd met het verzoek hun middelomtrek te meten. Mensen met een verhoogde middelomtrek (> 88 of 102 cm voor vrouwen respectievelijk mannen) werden uitgenodigd voor onderzoek om vast te stellen of zij voldeden aan de NCEP-ATP-III-criteria voor het metabool syndroom. In combinatie met dossieronderzoek bij mensen die reeds bekend waren met risicofactoren voor hart- en vaatziekten werd de prevalentie van het metabool syndroom vastgesteld.

Resultaten

Het totale responspercentage bedroeg 62%. De intraklassecorrelatie tussen de waarde van de middelomtrek gemeten door de deelnemer en die gemeten door de onderzoeker was 0,80 (p < 0,05). Onder 1721 mensen met een zelfgemeten verhoogde middelomtrek werden 473 nieuwe gevallen van het metabool syndroom opgespoord. 40% van hen was jonger dan 45 jaar. De totale prevalentie bij mensen met een leeftijd van 20-69 jaar in IJsselstein was 15,5%. Van slechts 39% van de mensen met metabool syndroom was bekend dat zij risicofactoren hadden.

Conclusie

Een vanuit de huisartsenpraktijk opgezette screening op het metabool syndroom door als eerste stap mensen zelf thuis hun middelomtrek te laten meten, blijkt goed uitvoerbaar en betrouwbaar. Door deze vorm van populatiescreening wordt ook een aanzienlijke groep mensen jonger dan 45 jaar met een verhoogd cardiovasculair risico opgespoord.

Auteursinformatie

* Dit artikel is gedeeltelijk gebaseerd op een publicatie in Preventive Medicine (2009;48:345-350) met als titel ‘Identifying people with metabolic syndrome in primary care by screening with a mailed tape measure. A survey of 14,000 people in the Netherlands’.

Universitair Medisch Centrum Utrecht, divisie Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en EerstelijnsGeneeskunde, afd. Huisartsgeneeskunde, Utrecht.

Drs. C. den Engelsen, arts in opleiding tot huisarts en onderzoeker; dr. M. van den Donk, epidemioloog; dr. K.J. Gorter, huisarts; dr. I.W.G. Bobbink, onderzoeker; prof.dr. G.E.H.M. Rutten, huisarts.

Huisartsenzorg IJsselstein, IJsselstein.

Drs. P.L. Salomé, huisarts.

Contact drs. C. den Engelsen (C.denEngelsen-2@umcutrecht.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: deze studie werd mogelijk gemaakt door een onvoorwaardelijke financiële bijdrage (‘unrestricted grant’) van het ‘Investigator Initiated Studies Program’ van MSD.
Aanvaard op 17 december 2009

Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Diabetes mellitus
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties