Ontmoeting met Atul Gawande

Jako Burgers
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:B466

artikel

Op de afdeling van de Harvard School of Public Health waar ik 10 maanden heb gewerkt, werken meerdere wereldtoppers: Arnold Epstein, redacteur van The New England Journal of Medicine, Meredith Rosenthal, gezondheidseconome en befaamd vanwege haar publicaties over ‘pay for performance’, en Katherine Schwartz, ook gezondheidseconome en expert op gebied van sociaaleconomische verschillen in de zorg. Alle drie vriendelijk, toegankelijk en geïnteresseerd, geen enkel teken van ‘professoritis’.

De huidige ster van de afdeling, als het gaat om wereldwijde aandacht, is Atul Gawande, beroemd vanwege zijn boeken Complications (2002) en Better (2007), in vele talen vertaald, waaronder het Nederlands, en vanwege zijn briljante essays in The New York Times. Zijn boeken bevatten indringende verhalen over patiënten en dokters, met name chirurgen, waarbij hij zichzelf kwetsbaar durft op te stellen. Atul is gespecialiseerd in de endocrinologische chirurgie en kent dus het vak van binnenuit. Zijn verhalen over hoe geneeskundige vaardigheden oefening vereisen, hoe je jezelf voortdurend kunt blijven verbeteren, maar ook hoe het soms mis kan gaan, blijven hangen. Vooral omdat hij ook over zichzelf schrijft. Hoe zou het zijn om hem in levende lijve te ontmoeten?

Dat lukte zowaar. Hij stelde voor om elkaar te ontmoeten 10 minuten voor de aanvang van de officiële receptie van de diploma-uitreiking van de Harvard-studenten , waar hij ook zou spreken. In plaats van op zijn kamer op de afdeling werd dat op het laatste moment het ziekenhuis, omdat hij voor een spoedgeval was opgeroepen. Een gewone chirurg dus. Maar het gesprek was niet gewoon. ‘Tell me about yourself?’ Hij bleef vragen stellen, bijvoorbeeld over onze huisartsenzorg. ‘Tell me about the three factors of success’. Wanneer kon ik met mijn lijstje van vragen beginnen?

‘It’s time. Let’s go to the reception.’ Nu moest ik snel zijn. Hij moest nog even zijn e-mail checken. Circa 250 per dag, gemiddeld 30 seconden per mail, 2 uur per dag, vertelde hij mij. ‘Geen secretaresse die dat doet?’ Nee, er zaten ook veel klinische mails bij. Nu snel naar de receptie. ‘Hoeveel dagen per week werk je als chirurg?’ Het waren er vier, nu drie. Daarnaast regelmatig op pad vanwege zijn werk voor de WHO: India, Jordanië, Filippijnen, allemaal ter verbetering van de chirurgie, met de focus op veiligheid. Zijn nieuwe boek, waar gaat het over? Over ‘complexity’, niet over het probleem, maar over de oplossingen. Daartoe had hij mensen geïnterviewd die grote gebouwen bouwen en hun de vraag voorgelegd waarom deze niet omvallen. Dit lijkt vanzelfsprekend, maar in feite is het een complex probleem waarbij men met vele zaken rekening moet houden. Zo gaat het ook in de geneeskunde bij mensen met vele ziekten of problemen tegelijk.

‘OK, Jako, it was nice to have met you’ en Atul snelde weg. Het stellen van vragen die niemand stelt, dat maakt hem een ster. Die ene vraag over gebouwen blijft stralen in mijn herinnering.

Ook interessant

Reacties

j a f
coebergh

Inderdaad prachtige essays van Gawande in de New Yorker, niet in The New York Times echter. Met name "The itch" is aan te raden.
J.A.F. Coebergh, aios neurologie Hagaziekenhuis