Nog steeds deptropinevoorschriften voor 0-4-jarigen

To determine to what extent the negative reporting concerning deptropine and its removal from the professional guidelines for asthma in children was followed by changes in the prescription of deptropine to young children and to determine to what extent the alternatives to deptropine were prescribed in the same period.

Design

Retrospective cross-sectional study in 5 calender years.

Methods

This study was performed using computerised pharmacy data from the InterAction database of public pharmacies in the northern part of the Netherlands. The percentage of 0-4-year-olds who were prescribed deptropine or one of its alternatives was determined per year from 1994-1999.

Results

In 1994, 14.9 of the 0-4-year-olds used deptropine, and this proportion decreased to 4.8 in 1999. β₂ adrenergic agonists and glucocorticosteroids, both by inhalation, were used by 2.4 and 1.8, respectively, of the 0-4-year-olds in 1994, and these proportions were 6.8 and 7.0, respectively, in 1999.

Conclusion

Deptropine was still being prescribed frequently, although there has been a sharp decrease since 1994. β₂ adrenergic agonists and glucocorticosteroids, both by inhalation, are being prescribed increasingly often.

Samenvatting

Doel

Nagaan of de negatieve berichtgeving en het verdwijnen van deptropine uit de professionele standaarden voor astma bij kinderen gepaard is gegaan met veranderingen in het voorschrijven van deptropine aan jonge kinderen en nagaan in welke mate alternatieven voor deptropine werden voorgeschreven in dezelfde periode.

Opzet

Retrospectief dwarsdoorsnedeonderzoek in 5 kalenderjaren.

Methoden

Het onderzoek werd uitgevoerd met apotheekgegevens uit de InterActie-databank van openbare apothekers in Noord-Nederland. Van 1994-1999 werd per jaar bepaald welk percentage 0-4-jarigen deptropine of alternatieven daarvoor voorgeschreven kreeg.

Resultaten

In 1994 gebruikte 14,9 van alle 0-4-jarigen deptropine, in 1999 was dit percentage afgenomen tot 4,8. Voor β₂-adrenerge agonisten en glucocorticosteroïden, beide per inhalationem, waren deze percentages respectievelijk 2,4 en 1,8 in 1994 en respectievelijk 6,8 en 7,0 in 1999.

Conclusie

Deptropine werd nog steeds frequent voorgeschreven. Wel was het gebruik ervan de laatste jaren sterk afgenomen. β₂-adrenerge agonisten en glucocorticosteroïden, beide per inhalationem, werden daarentegen steeds vaker voorgeschreven.