Nobelprijs voor Geneeskunde 1989 voor Varmus en Bishop

Opinie
A.J.M. Berns
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:2539-40

Aan de Amerikaanse onderzoekers de 49-jarige Harold Varmus en de 53-jarige Michael Bishop van de University of California in San Francisco is dit jaar de Nobelprijs voor Geneeskunde toegekend voor hun ontdekking dat oncogenen, aanwezig in sommige RNA-tumorvirussen, afkomstig zijn van cellulaire genen (proto-oncogenen). Deze ontdekking, die in 1976 in Nature werd gepubliceerd, heeft de basis gelegd voor de stormachtige ontwikkeling op het gebied van de moleculaire kankerresearch en heeft ertoe geleid dat kankerresearch in het centrum is komen te staan van het biologische onderzoek.

Zoals al dikwijls is gebleken bij wetenschappelijk speurwerk, worden belangrijke nieuwe inzichten vaak aangedragen vanuit andere, veelal meer fundamenteel georiënteerde, onderzoeksrichtingen. Deze situatie gold ook voor het kankeronderzoek zo'n twintig jaar geleden. Er bestond weliswaar het besef dat mutaties in het genetische materiaal, geïnduceerd door carcinogene stoffen of straling, kanker veroorzaakten, maar welke genen hierbij betrokken waren, was volslagen onbekend. Bovendien had men niet de…

Auteursinformatie

Het Nederlands Kanker InstituutAntoni van Leeuwenhoek Huis, afd.

Moleculaire Genetica, Plesmanlaan 121, 1066 CX Amsterdam.

Dr.A.J.M.Berns, biochemicus.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties