Beeldvorming kan covid uitsluiten

De review, waarvan inmiddels de 4e versie online staat (Cochrane Database Syst Rev. 2020;11:CD013639), clustert de gegevens van 51 studies. Deze studies bevatten de gegevens van 19.775 patiënten met symptomen van covid-19, van wie uiteindelijk 51% de diagnose covid-19 kreeg op basis van een positieve PCR of een combinatie van een PCR met het klinische beeld. In veel van de onderzochte publicaties was het risico op bias groot.

Voor een CT van de borstkas berekenden de onderzoekers een gemiddelde sensitiviteit van 87,9% (95%-BI: 84,6-90,6) en een specificiteit van 80,0% (95%-BI: 74,9-84,3). In de 9 studies met de X-thorax als diagnosticum lag de gemiddelde sensitiviteit met 80,6% (95%-BI: 69,1-88,6) in dezelfde orde van grootte, bij een wat lagere gewogen specificiteit van 71,5% (95%-BI: 59,8-80,8). Voor de longecho vonden de 5 studies met in totaal 446 personen een vergelijkbare sensitiviteit. Die was samengenomen 86,4% (95%-BI: 72,7-93,9). De specificiteit van de longecho was echter beduidend lager: 54,6% (95%-BI: 35,3-72,6). Daarmee was de echo vooral goed in het uitsluiten van covid-19.

Toch is niet gezegd dat longechografie geen klinische waarde heeft. In alle hier beschreven studies ging het om een point-of-care-echo die laagdrempelig door de longarts of radioloog kan worden gemaakt en beoordeeld, zonder dat de patiënt naar een CT-scanner hoeft te worden verplaatst.

De auteurs van de review concluderen nog dat met name de specificiteit van CT voor het vaststellen van covid-19 over het laatste jaar geleidelijk is toegenomen. Waarschijnlijk zijn radiologen ziektespecifieke afwijkingen beter gaan herkennen en is de gevoeligheid van de PCR als gouden standaard voor de diagnose vergroot.