De rol van angiogeneseremmende factoren

Nieuwe inzichten in pathogenese van pre-eclampsie

Klinische praktijk
Koen Verdonk
Willy Visser
Eric A.P. Steegers
Mariëtte H.W. Kappers
A.H. Jan Danser
Anton H. van den Meiracker
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2946
Abstract

Samenvatting

  • De pathogenese van pre-eclampsie kent 2 fasen. De eerste fase wordt gekenmerkt door insufficiënte placentatie, de tweede fase door een verhoogde afgifte uit de placenta van 2 angiogeneseremmende factoren, namelijk vrij circulerende vormen van fms-achtig tyrosinekinase 1 (sFlt-1) en van endogline (sEng).

  • In de maternale circulatie remmen sFlt-1 en sEng de effecten van de vasculair-endotheliale groeifactor (VEGF) en transformerende groeifactor ß (TGFß). Dit resulteert in endotheelcelactivatie en inflammatie en leidt uiteindelijk tot het klinisch beeld van pre-eclampsie.

  • De stijging van de plasmaconcentraties van sFlt-1 en sEng gaat 6-8 weken vooraf aan het optreden van pre-eclampsie.

  • Onderzocht wordt of de stijging in plasmaconcentraties van sFlt-1 en sEng in combinatie met een dalende concentratie placentaire groeifactor een bruikbare voorspeller voor pre-eclampsie vormen.

Auteursinformatie

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam.

Sector vasculaire geneeskunde en farmacologie, afd. Inwendige geneeskunde: drs. K. Verdonk, arts-onderzoeker; drs. M.H.W. Kappers en dr. A.H. van den Meiracker, internisten-vasculair geneeskundigen; prof.dr. A.H.J. Danser, farmacoloog.

Afd. Verloskunde en Vrouwenziekten: dr. W. Visser, internist-vasculair geneeskundige, prof.dr. E.A.P. Steegers, gynaecoloog.

Contact dr. A.H. van den Meiracker (a.vandenmeiracker@erasmusmc.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 22 december 2010

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties