Neurogeen thoracic-outletsyndroom

Klinische praktijk
Joep A.W. Teijink
Niels Pesser
Regine van Grinsven
Hans van Suijlekom
Marc R.H.M. van Sambeek
Bart F.L. van Nuenen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2017;161:D1385
Abstract

Dames en Heren,

Het ‘thoracic outlet’-syndroom (TOS) is een verzamelnaam voor klachten veroorzaakt door beknelling van de vaatzenuwbundel in het schoudergebied. Waar de vasculaire vormen herkenbare en objectiveerbare entiteiten zijn, geldt dit niet voor het neurogeen thoracic-outletsyndroom (nTOS).1,2 Aan de hand van 2 patiënten en tegen het licht van een recent gepubliceerde rapportagestandaard demonstreren wij de diagnostiek en de therapeutische mogelijkheden van patiënten met dit syndroom.

Het neurogeen thoracic-outletsyndroom kan een scala aan klachten geven, zoals pijn in de nek, de schouder, het hoofd of de arm. De klachten gaan gepaard met sensibele stoornissen en krachtsverlies. Ze ontstaan of nemen toe in bepaalde posities of bij activiteiten van de handen op en boven schouderniveau. De incidentie van nTOS wordt geschat op 3-76/1000.1

Vanwege de complexiteit van de diagnose en de behandeling en het gebrek aan gedegen wetenschappelijk onderzoek, moesten patiënten met een nTOS tot voor kort eenduidige zorg…

Auteursinformatie

Catharinaziekenhuis Eindhoven.

Afd. Heelkunde: prof.dr. J.A.W. Teijink, vaatchirurg (tevens: onderzoeksschool CAPHRI, afd. Epidemiologie, Universiteit Maastricht); N. Pesser, student geneeskunde, R. van Grinsven, verpleegkundig specialist; dr. M.R.H.M. van Sambeek, vaatchirurg.

Afd. Anesthesiologie: dr. H. van Suijlekom, anesthesioloog.

Afd. Neurologie: dr. B.F.L. van Nuenen, neuroloog.

Contact prof.dr. J.A.W. Teijink (joep.teijink@catharinaziekenhuis.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Verantwoording

Dit artikel werd geschreven mede namens de overige leden van het TOS-expertisecentrum: Emile I. Satornilia, fysiotherapeut; Frans A.M. Brooijmans MSc., fysiotherapeut (B&sis Fysiotherapie, Eindhoven); René H.G. van den Berge, fysiotherapeut; Wouter C. J. B. Oomen, fysiotherapeut (Fysiotherapie Achtse Barrier, Eindhoven); drs. Lonneke S.F. Yo, radioloog (Catharinaziekenhuis Eindhoven); drs. Niek C. Schepel, orthopedisch chirurg (Catharinaziekenhuis Eindhoven).

Auteur Belangenverstrengeling
Joep A.W. Teijink ICMJE-formulier
Niels Pesser ICMJE-formulier
Regine van Grinsven ICMJE-formulier
Hans van Suijlekom ICMJE-formulier
Marc R.H.M. van Sambeek ICMJE-formulier
Bart F.L. van Nuenen ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Nella
P.M. Houtman

De upper limb tension test rekt de plexus brachialis op. De proef van de cervicale Lasegue doet dat ook. Op grond van de anamnese kan onderscheid worden gemaakt tussen een cervicaal radiculair syndroom en een thoracic outlet syndroom. Is er een aanvullend discriminerend vermogen van voornoemde testen?

P.M. Houtman, reumatoloog en coach/docent