artikel
Laatst hoorde ik het verhaal van een man van 63, die geopereerd was aan laag-risicoprostaatkanker. De operatie was een succes, de prostaat met daarin de kanker werd volledig verwijderd, de snijvlakken waren schoon en in de lymfeklieren werden geen metastasen aangetroffen. Helaas werd hij ten gevolge van de operatie wél impotent en incontinent. Helaas is hij niet de enige.
Prostaatkanker wordt op steeds jongere leeftijd en in een eerder stadium ontdekt. Vaak zijn deze tumoren niet agressief, wat betekent dat de kans zeer laag is dat deze uiteindelijk zullen metastaseren. In zulke gevallen is een behandeling dus niet nodig, ook geen radicale.
Eigenlijk is het ook niet logisch om een heel orgaan te verwijderen, met alle complicaties van dien, als slechts een deel ervan door de tumor is aangedaan. Voor vrouwen met borstkanker is het tegenwoordig heel gewoon om te kiezen voor een borstbesparende operatie in plaats van een radicale operatie waarbij de complete borst wordt verwijderd. Bij andere organen, zoals de long, lever of nier, worden ook slechts delen of kwabben weggehaald. Je kunt je toch ook niet voorstellen dat bij een hersentumor de complete hersenen verwijderd worden? Waarom wordt bij prostaatkanker dan nog geen gedeeltelijke verwijdering gedaan?
De belangrijkste reden dat focale therapie van de prostaat nog niet op grote schaal wordt toegepast, is naar onze mening dat er nog geen algemene consensus is over hoe de juiste patiënten geselecteerd moeten worden. Een accurate diagnose is van groot belang. Dit was ook het grootste punt van discussie op een congres afgelopen jaar. Dit ging over focale therapie bij prostaatkanker en er waren vooral urologen, maar ook enkele radiotherapeuten en radiologen aanwezig. De meesten van hen zien de potentie van focale therapie wel in, maar hoe selecteer je nu de juiste patiënt?
Het moet van tevoren duidelijk zijn waar de tumor zit, hoe groot en agressief deze is, of hij door het kapsel groeit en of er lymfeklier- of botmetastasen zijn. Op dit moment wordt de diagnose nog veel gedaan door middel van een zogenaamde ‘transperineale saturatiebiopsie’. Hierbij wordt de prostaat om de 5 mm gebiopteerd, wat betekent dat er soms wel 80 biopten genomen worden. Dit is niet alleen zeer invasief en vervelend voor de patiënt, maar ook tijdrovend en duur.
Een goed alternatief hiervoor is MRI. Waarom zou je niet een non-invasieve techniek inzetten als deze sneller en patiëntvriendelijker is en ook nog dezelfde nauwkeurigheid heeft?
In samenwerking met het hele behandelteam van urologen, radiotherapeuten, pathologen en radiologen moet het toch mogelijk zijn om een nauwkeurige diagnose te stellen, zodat focale therapie in de toekomst een vaste keuzemogelijkheid wordt voor patiënten? Dit zou veel patiënten met laag-risicokanker, zoals de patiënt die hierboven beschreven staat, een hoop leed besparen.
Reacties