Loco-regionale behandeling van mammacarcinoom

Klinische praktijk
J.A. van Dongen
H. Bartelink
P.F. Bruning
J.L. Peterse
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:2358-64

Inleiding

Het bepalen van een optimaal behandelingsbeleid voor vrouwen met een operabel mammacarcinoom is in het laatste decennium aanzienlijk ingewikkelder geworden. Terwijl voorheen de meeste vrouwen bij de chirurg kwamen met een palpabele tumor en de standaardbehandeling bestond uit ablatieve therapie, wordt nu een toenemend aantal tumoren in een klinisch asymptomatisch stadium mammografisch ontdekt en wordt in veel gevallen voor mammasparende therapie gekozen als een algemeen aanvaard alternatief voor mastectomie. Het vaak vóórkomen van mammacarcinoom en de toename van de incidentie, niet alleen door de vergrijzing van de bevolking maar ook als voor leeftijd wordt gecorrigeerd, maken dat de behandeling van mammacarcinoom een medisch probleem van steeds grotere omvang wordt.12

Hoewel sommigen stellen dat het beloop van mammacarcinoom van het begin af aan vastligt en dat vroege diagnostiek en plaatselijke recidivering niet van belang zouden zijn,3 wordt door velen beklemtoond dat behandeling in een vroege fase en…

Auteursinformatie

Het Nederlands Kanker InstituutAntoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, Plesmanlaan 121, 1066 CX Amsterdam.

Afd. Chirurgie: prof.dr.J.A.van Dongen, chirurg.

Afd. Radiotherapie: prof.dr.H.Bartelink, radiotherapeut.

Afd. Inwendige Geneeskunde: dr.P.F.Bruning, internist.

Afd. Pathologische Anatomie: J.L.Peterse, patholoog-anatoom.

Contact prof. dr.J.A.van Dongen

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties