Kleine kwalen in de huisartsgeneeskunde; brosse nagels

Klinische praktijk
J.W. van der Klaauw
K. Gill
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:1931-3

Inleiding

De huisarts wordt relatief weinig bezocht door een patiënt wiens hoofdklacht het hebben van brosse en (of) gespleten nagels is. Desondanks blijkt deze nagelafwijking onder grote groepen mensen voor te komen. In een onderzoek verricht onder patiënten van een tandheelkundige kliniek, een bloedtransfusiedienst, een bejaardentehuis, huisartspraktijken en interne afdelingen van ziekenhuizen bleek dat ca. 20% van de onderzochten brosse nagels had. Vrouwen bleken in vergelijking met mannen ruim twee keer zo vaak hiervan last te hebben; de vrouwen waren voornamelijk huisvrouwen. Een duidelijke relatie met de leeftijd kon niet worden vastgesteld.1 Veel mensen ervaren brosse en (of) gespleten nagels als hinderlijk omdat het grijpen en hanteren van kleine objecten erdoor wordt bemoeilijkt. Ook blijven de gespleten nageluiteinden vaak haken aan kleding. Bovendien kunnen brosse nagels uit kosmetisch gezichtspunt storend zijn.

Brosse nagels kunnen zich onder andere in twee vormen van nagelanomalie manifesteren:

– Onychorrhexis, waarbij overmatig longitudinale richelvorming…

Auteursinformatie

Rijksuniversiteit, Faculteit der Geneeskunde, Instituut voor Huisartsgeneeskunde, Postbus 9605, 2300 RC Leiden.

J.W.van der Klaauw, assistent-geneeskundige; prof.dr.K.Gill, huisarts.

Contact prof.dr.K.Gill

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties