Iedereen naar 120 mmHg?

Opinie
Tjerk Wiersma
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2016;160:A9894
Abstract

Er is onzekerheid over de streefwaarde die bij bloeddrukverlaging het beste gehanteerd kan worden. Observationeel onderzoek laat een geleidelijke stijging zien van het risico op cardiovasculaire aandoeningen bij patiënten met een systolische bloeddrukwaarde vanaf 115 mmHg. In vrijwel al het experimentele onderzoek dat aantoont dat bloeddrukverlaging werkt bij patiënten die nog niet bekend zijn met een hartvaatziekte, werd voor de systolische bloeddruk een streefwaarde van 150 mmHg of hoger gehanteerd. Dit is een belangrijke reden dat in de Nederlandse richtlijn en tevens in de NHG-standaard ‘Cardiovasculair risicomanagement’ met een streefwaarde van 140 mmHg wordt volstaan.1,2Het recent gepubliceerde artikel over de ‘Systolic blood pressure intervention trial’ (SPRINT) in The New England Journal of Medicine, werpt nieuw licht op de zaak.3

Onderzoeksopzet SPRINT

De onderzoekers includeerden 9361 patiënten van ten minste 50 jaar met een systolische bloeddruk van 130-180 mmHg met een toegenomen cardiovasculair risico. Het laatste was…

Auteursinformatie

Nederlands Huisartsen Genootschap, afd.Richtlijnontwikkeling en Wetenschap, Utrecht.

Contact Dr. Tj. Wiersma, huisarts filosoof (t.wiersma@nhg.org)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Tjerk Wiersma ICMJE-formulier
Toch lage bloeddrukstreefwaarde voor fitte ouderen?
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Collega Wiersma vraagt zich af of ouderen (>50 jaar?) wel zitten te wachten op een nog bredere inzet van de medicamenteuze behandeling om een systolische streefwaarde van 120 mmHg te bereiken, immers de levensverwachting is in historisch opzicht en mondiaal opzicht al torenhoog. We hebben het hier wel over de "SPRINT" populatie in de huisartsenpraktijk en die lijkt mij omvangrijk. Deze mensen hebben al een verhoogd cardiovasculair risico en zijn veelal gewend om medicatie in te nemen. Waarom zouden zij zich dan ineens meer medicatiebehoeftig en ziek moeten voelen als ze 3 ipv 2 pillen moeten slikken? Het gaat trouwens ook om voorkomen van invaliditeit en niet alleen om de levensverwachting te verhogen. Natuurlijk zal niet voor iedereen altijd dezelfde streefwaarde gelden. Soms moet er worden gedifferentieerd, waarbij gekeken wordt naar leeftijd, initiele bloeddrukwaarden, aanwezigheid comorbiditeit, comedicatie, etc.
Daarnaast moeten we niet vergeten dat de studie eerder werd gestopt door de safety board, omdat er in twee voorafgaande metingen een consistent verschil ten gunste van de de groep met de streefwaarde <120 mmHg zichtbaar werd. Het is dus ook niet verrassend dat de resultaten klinisch net relevant genoeg bleken, mogelijk was dit slechts het topje van de ijsberg. Terecht wordt in zijn artikel ook gewezen op de gunstige resultaten in andere studies, zelfs met iets minder lage gemiddelde eindbloeddruk (133 mmHg systolisch). Het is dus evident dat een grote groep mensen met een verhoogd cardiovasculair risico en licht tot matig verhoogde bloeddruk zullen kunnen profiteren van een lagere streefwaarde dan tot dusver wordt gehanteerd. Collega Wiersma stelt voor om meer op "shared decision-making" in te zetten dan nu al wordt toegepast, maar ik vrees dat zowel huisarts als POH deze capaciteit al maximaal hebben benut. Ik zou daarom willen pleiten voor een zo uniform mogelijke en lagere streefwaarde dan nu het geval is (systolisch 130 ipv 140 mmHg). Uniform met het oog op de therapietrouw. Lager vanwege de overduidelijke evidence en het feit dat de bereikte waarde in de praktijk vaak toch hoger uitkomt dan de streefwaarde.

Henk Koopman, huisarts