Gastro-oesofageale reflux en bronchospasmen bij volwassenen

Klinische praktijk
A.C.T.M. Depla
H.M. Jansen
G.N.J. Tytgat
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:1424-7

De laatste jaren wordt in toenemende mate aandacht geschonken aan het verband tussen gastro-oesofageale reflux en chronische aspecifieke respiratoire aandoeningen (CARA), in het bijzonder asthma bronchiale en chronische astmatische bronchitis.1-3 Het belang van dit verband is gelegen in het feit dat behandeling van gastro-oesofageale reflux bij CARA-patiënten kan leiden tot verbetering van de longfunctie en afname van de behoefte aan medicijnen. Herkenning van dit probleem wordt door twee factoren bemoeilijkt: de symptomen van de reflux staan vaak niet op de voorgrond bij deze patiënten en de arts is zich onvoldoende bewust van een mogelijk causaal verband.

In dit artikel gaan wij in op verschillende aspecten van het verband tussen bronchoconstrictieve aandoeningen en gastro-oesofageale reflux waaraan vooral moet worden gedacht bij de CARA-patiënt met aspecifieke hyperreactiviteit van de bronchusboom, nachtelijk hoesten, een piepende ademhaling in de vroege nacht en onvoldoende reactie op de ingestelde therapie. Een nauwkeurige anamnese kan juist…

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum, Amsterdam.

Afd. Interne Geneeskunde: mw.A.C.T.M.Depla (thans St. Antonius Ziekenhuis, afd. Gastro-enterologie, Postbus 2500, 3430 EM Nieuwegein), internist.

Afd. Longziekten: prof.dr.H.M.Jansen, longarts.

Afd. Gastro-enterologie: prof.dr.G.N.J.Tytgat, gastro-enteroloog.

Contact mw.A.C.T.M. Depla

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties