Een verraderlijke worm: Strongyloides stercoralis

Klinische praktijk
G.P. Verburg
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:2233-5

Zie ook het artikel op bl. 2249.

Dames en Heren,

Door het grote aantal immigranten in Nederland en de toenemende reislust van Nederlanders worden steeds meer artsen geconfronteerd met patiënten met een in de tropen opgelopen aandoening.

Over malaria, die niet herkend en onbehandeld ernstige gevolgen kan hebben, is onlangs in dit tijdschrift nog geschreven.1 Over andere tropische aandoeningen is in 1989 een serie verschenen,2 waarbij ook worminfecties ter sprake kwamen.3

Een bijzondere worm is Strongyloides stercoralis. Onlangs werd een aantal patiënten met een infectie met deze worm gezien in ons ziekenhuis (A, B, D en E) en in consult door de afdeling Tropische Geneeskunde in het Academisch Medisch Centrum (AMC) te Amsterdam (C en F).

Patiënt A, een 16-jarig Nederlands meisje, was in India geboren en had daar tot enkele weken tevoren gewoond. Zij was volgens haar moeder al jaren moe en zou er slecht…

Auteursinformatie

Ziekenhuis De Baronie, afd. Interne Geneeskunde, Langendijk 75, 4819 EV Breda.

G.P.Verburg, internist.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Amsterdam, december 1993,

Zoals wij naar aanleiding van eerdere ingezonden brieven meldden (1993;2669-70), komt S. stercoralis in grote delen van de wereld voor, ook in Oost-Europa (onder andere in Polen). Vroeger kon men ook in Nederlandse en Belgische mijnen geïnfecteerd raken. De door Houben et al. beschreven patiënt was van Poolse afkomst, maar vermeld wordt niet of hij ook in Polen heeft gewoond. Zo ja, dan zou hij de infectie in Polen of in een Nederlandse steenkolenmijn opgelopen kunnen hebben.

Het verraderlijke van deze worminfectie wordt met deze ziektegeschiedenis nog eens onderstreept.

P.A. Kager
G.P. Verburg

Leeuwarden, december 1993,

Met belangstelling lazen wij de artikelen over diagnostiek en vóórkomen van strongyloidiasis van Verburg (1993;2233-5) en Kager (1993;2249-50). Ter ondersteuning leek de volgende ziektegeschiedenis ons van belang.

Onlangs zagen wij een 28-jarige vrouw wegens vermoeidheid en vermagering. Patiënte was afkomstig uit Kosovo en etnisch Albanese. Zij verbleef sinds 5 maanden in Nederland. Bij lichamelijk onderzoek werden geen afwijkingen gevonden. Er bestond een aanzienlijke eosinofilie (2,16 x 109/l). Onderzoek van de faeces op wormeieren had een negatieve uitslag, de methode van Baermann werd niet toegepast. Wegens toenemende maagklachten werd een gastroscopie verricht waarbij duodenumvocht werd geaspireerd voor onderzoek op Lamblia-cysten. Deze laatste werden niet gevonden, wel werden larven van Strongyloides stercoralis aangetroffen in het aspiraat. Na behandeling met tiabendazol trad herstel op en verdween de eosinofilie.

Als aanvulling op de genoemde artikelen zouden wij willen opmerken dat ook bij patiënten uit het voormalige Joegoslavië, van wie er momenteel velen in Nederland verblijven, aan de diagnose ‘strongyloidiasis’ moet worden gedacht. Aangezien wij met een mogelijke infectie door deze parasiet geen rekening hadden gehouden, was het bijzonder leerzaam te ervaren dat onderzoek van het duodenumaspiraat ons alsnog de juiste diagnose opleverde. Op het nut van deze diagnostische mogelijkheid werd door collega Verburg al in voornoemd artikel gewezen.

W.J. Fagel
J. Houwerzijl

Amsterdam, december 1993,

De waarneming van Fagel en Houwerzijl is vermeldenswaard en biedt ons de gelegenheid erop te wijzen dat lokale transmissie van Strongyloides stercoralis in Europa wel degelijk mogelijk is, al is deze minder frequent dan in bekende haarden als Zuidoost-Azië (Birma) en Zuid-Amerika (Suriname). Transmissie is zelfs bij Nottingham voorgekomen;1 met de infectie dient rekening te worden gehouden in Frankrijk, Portugal, Zwitserland, de Balkan (voormalig Joegoslavië en Griekenland), maar ook in Italië (onder andere de Povlakte), in Oost-Europa (onder andere Oost-Polen en Roemenië, waar in sommige streken 1-3% van de bevolking besmet is) en in Rusland. 2 Men dient in bepaalde omstandigheden dus even aan deze worm te denken, ook bij mensen die alleen in Europa verbleven.

P.A. Kager
G.P. Verburg
Literatuur
  1. Sprott V, Selby CD, Ispahani P, Toghill PJ. Indigenous strongyloidiasis in Nottingham. Br Med J 1987; 294: 741-2.

  2. Pawlowski ZS. Epidemiology, prevention and control. In: Grove DI, ed. Strongyloidiasis: a major roundworm infection in man. London: Taylor and Francis, 1989: 233-49.