Een klassiek voorbeeld van een infectieuze endocarditis?

Klinische praktijk
M.R. van der Schaaf
P.W. Westerhof
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1998;142:273-6
Abstract

Dames en Heren,

Tegenwoordig speelt de technologie in de medische wetenschap een steeds grotere rol. Deze klinische les maakt duidelijk dat eenvoudige klinische waarnemingen nog steeds even belangrijk zijn als moderne technologische gegevens. Een afweging van alle beschikbare gegevens blijft nodig voor een juiste diagnose en besluitvorming.

Patiënt A, een 15-jarig meisje, werd naar ons ziekenhuis overgeplaatst onder de diagnose ‘infectieuze endocarditis’. Deze diagnose was gesteld op basis van de volgende gegevens: mitralisinsufficiëntie, koorts, positieve bloedkweken en een echocardiogram waarop ‘klepvegetaties’ werden gezien. Twee weken tevoren was zij elders opgenomen wegens hoge koorts, gewrichtsklachten en een nefrotisch syndroom. Sinds een half jaar klaagde zij over dikke benen en voeten, gepaard gaande met koortsperioden. Wegens recidiverende urineweginfecties in die periode, vastgesteld op grond van positieve urinekweken, was zij behandeld met antibioticakuren. Tenslotte werd zij naar een uroloog verwezen, die op zijn gebied geen verklaring kon vinden voor de recidiverende urineweginfecties. Wel…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Cardiologie, Hart-Long Instituut, Postbus 85.500, 3508 GA Utrecht.

Mw.M.R.van der Schaaf, assistent-geneeskundige; dr.P.W.Westerhof, cardioloog.

Contact mw.M.R.van der Schaaf

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

A.
van 't Laar

Nijmegen, februari 1998,

In hun klinische les stellen Van der Schaaf en Westerhof dat eenvoudige klinische waarnemingen nog steeds even belangrijk zijn als met moderne technieken verkregen gegevens (1998:273-6). Ik ben het daar van harte mee eens, maar toch wil ik graag een opmerking maken.

De waarschijnlijkheidsdiagnose waarmee de patiënt naar hen werd verwezen, was infectieuze endocarditis met decompensatio cordis. Er was oedeem. Als argument tegen een rechtszijdige decompensatie wordt het feit genoemd dat de halsvenen ‘niet gestuwd’ waren. Borst en Molhuysen standaardiseerden en valideerden de nauwkeurige meting van de centrale veneuze druk (CVD) aan de halsvenen.1

Deze meting behoort tot de eenvoudige klinische waarnemingen. Sindsdien zouden omschrijvingen als ‘halsvenen gestuwd’/‘niet gestuwd’/‘beetje gestuwd’ eigenlijk niet meer gebruikt moeten worden. Indien bij een lege artis uitgevoerde meting een normale CVD gevonden zou zijn, zou in dit geval decompensatie al bij het lichamelijk onderzoek als oorzaak voor het oedeem zijn uitgesloten. Het op het oog vaststellen van ‘gestuwd’ of ‘niet gestuwd’ zegt weinig en is geheel afhankelijk van de houding van de patiënt. Het is jammer dat de elegante en betrouwbare methode van Borst en Molhuysen, ondanks de publicatie in The Lancet, in het buitenland maar weinig ingang heeft gevonden. Dat de methode ook in ons land vergeten dreigt te worden motiveerde mij tot deze brief.

A. van 't Laar
Literatuur
  1. Borst JGG, Molhuysen JA. Exact determination of the central venous pressure by a simple clinical method. Lancet 1952;ii:304-9.