Een aandoening die verstoppertje speelt

Klinische praktijk
W.H.C. de Boom
C.M.F. Kneepkens
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:689-91

Zie ook de artikelen op bl. 706, 721 en 725.

Dames en Heren,

Bij de beoordeling van de klachten van een patiënt zijn artsen, onervarenen zowel als ervarenen, vanaf het eerste contact uit op herkenning van het achterliggende ziektebeeld.1 Dit proces voltrekt zich grotendeels intuïtief, waarbij ervaring resulteert in een betere kwaliteit van de ontwikkelde hypothesen.1 Kennelijk gaat ook hier op, dat ‘wat men niet kent, dat ziet men niet’.

Ook in de kindergeneeskunde geldt dat de arts vanaf het begin van de anamnese de beschikbaar komende gegevens probeert onder te brengen in een bekend ziektebeeld. Dat dat niet altijd even gemakkelijk is, spreekt voor zich. In deze klinische les stellen wij u voor aan enkele patiënten bij wie de aard van de klachten de behandelende artsen op een dwaalspoor bracht. De aandoening speelde hier, letterlijk, verstoppertje.

Patiënt A is een meisje van 9 jaar dat door…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Vrije Universiteit, afd. Kindergeneeskunde, Postbus 7057, 1007 MB Amsterdam.

W.H.C.de Boom, assistent-geneeskundige; dr.C.M.F.Kneepkens, kinderarts.

Contact dr.C.M.F.Kneepkens

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Leeuwarden, april 1993,

Met belangstelling hebben wij de serie artikelen over chronische functionele obstipatie (CFO) bij kinderen gelezen (1993; 689-91, 706-9, 721-4, 725-7). Wij zijn verheugd dat aan deze veel voorkomende aandoening aandacht is besteed. Graag willen wij een aanvulling geven. Obstipatie kan zich met vele symptomen manifesteren, maar kan op zich ook een symptoom zijn. Niet alleen zijn er enkele zeldzame somatische aandoeningen die obstipatie kunnen veroorzaken, maar ook kan obstipatie een symptoom zijn van seksuele kindermishandeling. Seksuele kindermishandeling is niet zeldzaam en vroegtijdige herkenning is van belang. Obstipatie kan als het enige symptoom of als de enige klacht gepresenteerd worden. Bij kinderen met obstipatie dient, zeker indien de aandoening gepaard gaat met urineweginfecties en recidiverende buikpijn, de mogelijkheid van seksuele kindermishandeling overwogen te worden. Dit geldt a fortiori als gedragsproblemen de klacht begeleiden.1

T.W. de Vries
J.W. Doddema
Literatuur
  1. Committee on Child Abuse and Neglect. Guidelines for the evaluation of sexual abuse of children. Pediatr 1991; 87: 254-9.

Amsterdam, Groningen, april 1993,

Wij zijn erkentelijk voor de waardevolle aanvulling van de collegae De Vries en Doddema. Obstipatie kan een symptoom zijn van seksuele kindermishandeling en deze diagnose dient, zeker wanneer ook andere daarbij passende symptomen aanwezig zijn, bij de differentiaaldiagnose van obstipatie betrokken te worden. Dat seksuele kindermishandeling hierbij gemakkelijk over het hoofd gezien wordt, is ook onze ervaring: één onzer (ACD) heeft, jaren na beëindiging van de poliklinische begeleiding van een meisje met obstipatie als enige symptoom, van haar vernomen dat zij in die periode seksueel werd misbruikt.

Er zijn echter enige kanttekeningen te maken. Chronische functionele obstipatie is, zoals ook uit het caput selectum (1993; 706-9) blijkt, een zeer veel voorkomende aandoening, die opvallend vaak gepaard gaat met chronische buikklachten of als zodanig wordt gepresenteerd. Ook urineweginfecties en enuresis komen vaak voor bij functionele obstipatie. Het is duidelijk dat slechts bij een minderheid van de kinderen die de door De Vries en Doddema genoemde trias van klachten hebben, seksueel misbruik een rol kan spelen. Hoe zijn deze kinderen in een vroeg stadium te herkennen? Een actief opsporingsbeleid van seksueel misbruik zou bij veel ouders leiden tot een blijvende verstoring van de therapeutische relatie. Uit het recente verleden is bekend dat het gevaar van overdiagnostiek van seksueel misbruik altijd aanwezig is. De openstaande anus (reflexmatige anusdilatatie; RAD), in het verleden in direct verband gebracht met seksuele kindermishandeling, wordt ook frequent gezien bij niet misbruikte geobstipeerde kinderen.1 In de regel roepen wij de hulp van de kinderpsycholoog in wanneer de obstipatiebehandeling bij een kind stagneert zonder dat daarvoor een duidelijke reden aanwijsbaar is. De kinderpsychologische diagnostiek omvat onder andere spelobservatie en afzonderlijke gesprekken met de kinderen en hun ouders. In dit stadium is seksueel misbruik waarschijnlijk gemakkelijker te ontdekken dan tijdens het normale spreekkamercontact.

Obstipatie als op zichzelf staand symptoom van seksueel misbruik wordt niet genoemd in het eerder geciteerde rapport van de Gezondheidsraad. Wel wordt een reproduceerbare RAD bij een overigens normaal kind een reden tot bezorgdheid genoemd die verder onderzoek rechtvaardigt. Dit te meer bij de aanwezigheid van recente fissuren, in het bijzonder als deze zich buiten de mediaanlijn bevinden.

M. Benninga
A.C. Douwes
H.S.A. Heymans
C.M.F. Kneepkens
Literatuur
  1. Gezondheidsraad. Medische aspecten van seksueel misbruik van kinderen. 's-Gravenhage: Gezondheidsraad, 1992.