Overwegingen van het tuchtcollege in de periode 2006-2011

Doorhalingen in het BIG-register

Onderzoek
Robert J.A. Oomen
Monique C.I.H. Biesaart
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A5269
Abstract

Samenvatting

Doel

Onderzoek naar de overwegingen van Regionale Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg (RTG’s) en van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CTG) wanneer zij aan een arts de maatregel doorhaling in het BIG-register opleggen.

Opzet

Retrospectief onderzoek naar jurisprudentie en literatuur.

Methode

Er werd gezocht naar jurisprudentie over doorhalingen van artsen in de periode januari 2006-december 2011 door gebruik te maken van de websites van het tuchtcollege, de Staatscourant en 2 gezondheidsrechtelijke tijdschriften. De uitspraken werden geanalyseerd, algemene statistieken werden bijgehouden en er werden categorieën van de overwegingen opgesteld op basis van karakteristieke citaten uit de uitspraken. De uitspraken werden vervolgens normaals bekeken en ingedeeld in deze categorieën.

Resultaten

Er werden 34 unieke uitspraken over 13 verschillende artsen gevonden in de onderzoeksperiode. 17 uitspraken waren gedaan door het RTG, 16 uitspraken kwamen van het CTG en 1 uitspraak was van het College van Medisch Toezicht (CMT). In 12 zaken was de definitieve beslissing een doorhaling; in 1 zaak werd door het CTG een lagere maatregel opgelegd dan de eerdere opgelegde maatregel door het RTG. De meest voorkomende overwegingen bij een doorhaling waren de combinatie van medisch-technische fouten, onvoldoende dossiervoering en de attitude van de arts ten opzichte van het eigen handelen.

Conclusie

Een doorhaling wordt zelden opgelegd. Vaak is er een cascade van kennelijke fouten aan voorafgegaan. Seksueel grensoverschrijdend gedrag wordt eveneens zwaar bestraft. Handelen conform de professionele medische standaard, adequate dossiervoering en zelfreflectie zijn belangrijke punten om een doorhaling te voorkomen.

Auteursinformatie

UMCU, Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde, Utrecht.

Mr. M.C.I.H. Biesaart, jurist (tevens: universitair hoofddocent gezondheidsrecht).

Contact drs. R.J.A. Oomen (r.j.a.oomen@gmail.com)

Verantwoording

Mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter RTG te Amsterdam, en mr. T.H.C. Coert, secretaris RTG Amsterdam, droegen bij aan de totstandkoming van dit artikel.
Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 24 oktober 2012

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties