Klinische aspecten van de afwijkende pupilreactie

De pupil belicht

Klinische praktijk
Annabel L.W. Groot
Adrien E.D. Groot
Lucas J. Maillette de Buy Wenniger
Willemine A.E.J. de Vries-Knoppert
Vincent J.J. Odekerken
Axel Petzold
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2020;164:D4452
Abstract

Dames en Heren,

Voor sommige neurologische en oogheelkundige aandoeningen is het testen van pupilreacties een waardevol, snel en goedkoop diagnosticum. De test geeft informatie over een belangrijk deel van het visuele systeem en de hersenstam, als deze tenminste op de juiste manier verricht en geïnterpreteerd wordt. Aan de hand van 3 patiënten met visusdaling bespreken wij hier de onderzoekstechniek, de neuroanatomie en de mogelijke afwijkingen van de pupilreacties.

Patiënt A, een 40-jarige vrouw, klaagt over verminderd zicht aan haar linkeroog, waarbij het zicht donkerder en vager is dan aan het rechter oog. Voor de klachten begonnen had zij achter haar linker oog pijn die verergerde bij oogbewegingen. De pijn was 6 dagen later verdwenen. Verder heeft zij geen klachten, met name geen neurologische uitval. De visus is rechts 1,0 en links 0,4. Bij het testen van de pupilreacties gebeurt het volgende: bij schijnen in het rechter oog vindt een vlotte en nauwe constrictie van beide pupillen plaats; bij schijnen in het linker oog is de pupilconstrictie beiderzijds veel trager en worden de pupillen ook minder klein. Bij het afwisselend schijnen in linker- en rechteroog treedt er een relatieve verwijding van beide pupillen op tijdens schijnen in het linker oog.

Patiënt B, een 78-jarige man, vraagt een verwijzing naar de oogarts voor evaluatie van zijn geleidelijke visusdaling…

Auteursinformatie

Amsterdam UMC, Amsterdam. Locatie VUmc, afd. Oogheelkunde & expertisecentrum voor neuro-oftalmologie: drs. A.L.W. Groot, arts-assistent oogheelkunde; dr. L.J. Maillette de Buy Wenniger en drs. W.A.E.J. de Vries-Knoppert, oogartsen; dr. A. Petzold, neuroloog (tevens: Moorfields Eye Hospital & The National Hospital for Neurology and Neurosurgery, Londen en UCL Queen Square Institute of Neurology, Londen). Locatie AMC, afd. Neurologie: drs. A.E.D. Groot, arts-onderzoeker neurologie; dr. V.J.J. Odekerken, neuroloog.

Contact a.groot2@amsterdamumc.nl (a.groot2@amsterdamumc.nl)

Auteur Belangenverstrengeling
Annabel L.W. Groot ICMJE-formulier
Adrien E.D. Groot ICMJE-formulier
Lucas J. Maillette de Buy Wenniger ICMJE-formulier
Willemine A.E.J. de Vries-Knoppert ICMJE-formulier
Vincent J.J. Odekerken ICMJE-formulier
Axel Petzold ICMJE-formulier
Annabel Groot
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Jan
J. van der Meulen

Er worden 3 patiënten met klachten in deze klinische les gepresenteerd. Twee hebben afwijkende pupilreacties en één heeft geen afwijkende reacties. De auteurs geven echter geen verklaring voor deze klachten. Moet ik daaruit opmaken dat de auteurs het niet weten en graag van ons lezers wat suggesties willen hebben? Of ben ik ziende blind en moet ik mijn pupilreacties eens laten controleren?

J.van der Meulen, basis-arts

Dank voor uw reactie. Jammer dat u de verklaring niet kon vinden. De fysiologie wordt uitgelegd in de patronen, waarbij patiënt A in patroon 5 wordt beschreven (deze patiënt heeft dus een relatief afferent pupildefect door een doorgemaakte neuritis optica) en patiënten B en C in patroon 4 (deze patiënten hebben respectievelijk een absoluut afferent defect door een eerdere arteriële occlusie, en een niet organisch verklaarbare visusdaling). 

A.L.W. Groot, aios oogheelkunde