De prevalentie van epilepsie bij ouderen; het ERGO-onderzoek

Onderzoek
M.M.B. Breteler
A. de la Court
H. Meinardi
W.A. Hauser
D.E. Grobbee
A. Hofman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1996;140:308-11
Abstract

Samenvatting

Doel

Het vaststellen van de prevalentie van epilepsie in de algemene bevolking van 55 jaar en ouder.

Opzet

Dwarsdoorsnede-onderzoek.

Plaats

Ommoord, een stadswijk van Rotterdam.

Methode

De screening op epilepsie werd uitgevoerd als onderdeel van het ‘Erasmus Rotterdam gezondheid en ouderen’ (ERGO)-onderzoek, vanaf juni 1991. Teneinde stabiele prevalentieschattingen te verkrijgen, werden personen van 95 jaar en ouder buiten beschouwing gelaten. Van de in aanmerking komende 7081 personen namen er 5559 (79) deel. Screening vond plaats met directe vragen naar epilepsie en medicatiegebruik, en met de relevante vragen uit het protocol van de Wereldgezondheidsorganisatie voor onderzoek naar neurologische ziekten. Verificatie en bevestiging van de diagnose vond plaats door een onderzoeksarts en vier epileptologen. Classificatie van de epilepsie geschiedde volgens de International League Against Epilepsy.

Resulltaten

De prevalentie van actieve epilepsie was 0,9 inclusief ‘speciale syndromen’ en 0,8 exclusief. De prevalentie nam toe met de leeftijd, zowel voor mannen als voor vrouwen.

Conlusie

De prevalentie van actieve epilepsie bij ouderen was groter, naarmate de leeftijd hoger was. De gevonden prevalentiecijfers waren hoog in vergelijking met de in de literatuur gepubliceerde cijfers.

Auteursinformatie

Erasmus Universiteit, Instituut Epidemiologie en Biostatistiek, Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam.

Mw.dr.M.M.B.Breteler en prof.dr.A.Hofman, artsen-epidemiologen; prof.dr.D.E.Grobbee, klinisch epidemioloog; mw.A.de la Court.

Katholieke Universiteit, afd. Epileptologie, Nijmegen.

Prof.dr.H.Meinardi, epileptoloog.

G.H.Sergievsky Center, Columbia University, New York, USA.

Prof.dr.W.A.Hauser, neuroloog.

Contact mw.dr.M.M.B.Breteler

Verantwoording

Namens de ERGO-onderzoekgroep, verder bestaande uit: mw.J.G.van der Bom, dr.M.L.Bots, mw.ir.J.H.den Breeijen, ing.A.M.de Bruijn, mw.M.C.de Bruijne, dr.H.Burger, dr.J.J.Claus, P.L.A.van Daele, mw.dr.I.Dielemans, mw.dr.C.M.van Duijn, mw.drs.J.M.Geleijnse, dr.A.W.Hoes, prof.dr.P.T.V.M.de Jong, mw.C.C.W.Klaver, C.E.D.H.de Laet, mw.dr.L.J.Launer, mw.ir.L.I.Mennen, A.Mosterd, mw.dr.E.Odding, A.Ott, dr.H.J.C.M.Pleumeekers, dr.H.A.P.Pols, R.S.Ramrattan, mw.ir.C.T.M.van Rossum, M.C.de Rijk, dr.R.P.Stolk, dr.J.R.Vingerling, mw.M.C.Visser, mw.dr.J.C.M.Witteman, R.C.W.Wolfs.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties