De plaats van trastuzumab bij het mammacarcinoom in Nederland

Opinie
P.H.B. Willemse
E.G.E. de Vries
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:770-5
Abstract

Zie ook het artikel op bl. 776.

Borstkanker is in Nederland een toenemend probleem. Jaarlijks wordt bij meer dan 11.000 patiënten de diagnose gesteld. De ziekte kan door het screeningsonderzoek vaak in een vroeger stadium worden ontdekt. Adjuvante behandeling laat in de bekende Oxford-meta-analyse een afname van de relatieve recidiefkans van circa 35 zien voor hormonale therapie en gemiddeld 20 voor chemotherapie, hetgeen tezamen kan leiden tot een afname van de recidiefkans van 52 ((1 – 0,35) × (1 – 0,20)).1 Mede door deze factoren daalt de sterftekans sinds enkele jaren.

De nieuwste benadering bij borstkankerbehandeling bestaat uit toepassing van monoklonale antilichamen. Deze verhinderen binding van de celgroeistimulerende factoren aan receptoren op tumorcellen. Trastuzumab is het eerste antilichaam dat goedgekeurd is voor toepassing bij borstkanker. Dit is het resultaat van meer dan 20 jaar onderzoek. Trastuzumab is gericht tegen de humane epidermale-groeifactorreceptor-2(HER2)/neu, het eiwitproduct van het HER2/neu-…

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Groningen, afd. Medische Oncologie, Hanzeplein 1, 9713 GZ Groningen.

Hr.dr.P.H.B.Willemse en mw.prof.dr.E.G.E.de Vries, internisten-oncologen.

Contact hr.dr.P.H.B.Willemse (p.h.b.willemse@int.umcg.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Bussum, april 2006,

Met enige voldoening las ik in de heldere overzichten van collega’s Willemse en De Vries (2006:770-5) en collega’s Vos et al. (2006:776-80) dat men zich eindelijk zorgen is gaan maken over de hoge prijs die voor trastuzumab (Herceptin) wordt gevraagd. Met de uitbreiding van het indicatiegebied in het verschiet lijken de grenzen van een prijs die maatschappelijk nog te aanvaarden is te worden bereikt. Jammer genoeg wordt de hoogte van de prijzen van nieuwe geneesmiddelen allang niet meer bepaald door de ontwikkelingskosten, maar veeleer door de balans van ‘what the market can bear’, waarbij onder ‘market’ hoofdzakelijk de Amerikaanse markt wordt bedoeld. Daarbij wordt gestreefd naar een voor de bedrijfswinst optimaal product van prijs maal omzet. Immers, als de gevraagde prijs relatief te hoog is, zal de omzet dalen en vice versa. Dat leidt bij succesvolle producten automatisch tot zeer hoge prijzen per behandeling, en die prijs wordt dan niet meer bepaald door farmaco-economische factoren zoals levensverwachting en kwaliteit van leven. In het geval van trastuzumab is dit historisch gezien bijzonder schrijnend, omdat de ‘uitvinder’ van het principe van het humane epidermale-groeifactorreceptor 2(HER2)-antagonisme, Slamon, tussen 1980 en 1990 tevergeefs getracht heeft om zijn gedachtegoed te slijten bij het biotechnologische bedrijf Genentech. Slechts dankzij financiële steun van vrienden bij het cosmeticabedrijf Revlon heeft hij zijn wetenschappelijke werk kunnen voortzetten. Pas bij een wisseling van de wacht bij Genentech is het tot het produceren en uittesten van trastuzumab gekomen, en de $ 150.000-$ 200.000 die voor de ontwikkeling nodig bleken, waren bij de eerste goedkeuring van de Food and Drug Administration (FDA) in 1998 geheel terugverdiend.1 Bij overname van Genentech droeg de huidige vergunninghouder, Roche, dus alleen de kosten van de overdracht en de productie. Het is dus zonder meer duidelijk dat de thans gevraagde prijs in geen enkele verhouding staat tot de gemaakte kosten. Omdat onze overheid, in tegenstelling tot de autoriteiten in Frankrijk, België en het Verenigd Koninkrijk, geen origineel prijsbeleid voor geneesmiddelen heeft ontwikkeld, kan de minister geen kant meer uit. Ik ben het dus geheel eens met Vos et al. dat het hoog tijd is dat de politiek de branche op zijn maatschappelijke rol aanspreekt en prijsverlaging afdwingt.

L. Offerhaus
Literatuur
  1. Goozner M. Directed research – the failed crusade? In: The $ 800 million pill – the truth behind the cost of new drugs. Berkeley: University of California Press; 2004. p. 164-206.

Groningen, mei 2006,

Collega Offerhaus verbaast zich terecht over de prijs van nieuwe geneesmiddelen en spoort de overheid aan om zich meer met de prijsstelling te bemoeien. Artsen kunnen ernaar streven zorgvuldig voor te schrijven. De Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie heeft de commissie BOM (beoordeling oncologische middelen) opgericht, die nieuwe oncologische medicatie langs een meetlat legt en aangeeft of een nieuw geregistreerd middel ook echt geïndiceerd is. Daarnaast lijkt het probleem alleen beheersbaar indien deze middelen uitsluitend worden toegepast door deskundigen binnen het betreffende indicatiegebied, maar er zou inderdaad ook een belangrijke taak bij de overheid kunnen liggen om het medicijnbudget binnen de perken te houden. Het zou inderdaad goed zijn wanneer ook de beleidsmakers in Nederland meer verantwoordelijkheid nemen door te pogen om in Europees verband te komen tot prijs-volumeafspraken. Dit lijkt moeilijk, waarschijnlijk omdat hiervoor krachtige internationale samenwerking vereist is.

Ook internationaal maakt men zich zorgen over de betaalbaarheid van nieuwe en kostbare geneesmiddelen.1 Met name in de Amerikaanse pers is gewezen op de afwezigheid van een Europees prijsbeleid bij het verstrekken van nieuwe en kostbare geneesmiddelen.2 3 Dit staat in scherp contrast met de overdadige Europese regelgeving bij de registratie van nieuwe geneesmiddelen of bij het beleid op andere terreinen, zoals verkeersveiligheid.4 Recent is door Europese regelgeving het octrooi voor bestaande geneesmiddelen geüniformeerd en verlengd tot 10 jaar. Bovendien kan een bestaand middel voor een nieuwe, minder frequente indicatie worden geregistreerd als weesgeneesmiddel, met een vrijwel ongelimiteerde looptijd en is het registreren van goedkopere, generieke alternatieven bemoeilijkt door strengere eisen te stellen aan het aantonen van gelijkwaardigheid en bijwerkingen.4

Hoewel in Europa, in tegenstelling tot in de VS, de producent geen reclame mag maken voor medicijnen, zijn er andere, maar niet minder effectieve wegen te vinden om de vraag te stimuleren. Zo heeft de firma Roche in het Verenigd Koninkrijk aangeboden om alle mammatumoren gratis op HER2/neu te laten testen. Deze test is nuttig voor de patiënt, maar zal ook tot een toename van trastuzumabgebruik leiden.5 Nationale overheden moeten dus meer gaan samenwerken bij het inkopen van deze zorg. Tijdig participeren in deze samenwerkingsverbanden lijkt voor Nederland essentieel om te voorkomen dat binnen afzienbare tijd nieuwe, kostbare middelen niet meer gelijkelijk beschikbaar zullen zijn voor patiënten die deze nodig hebben.

P.H.B. Willemse
E.G.E. de Vries
Literatuur
  1. Porter E. Do new drugs always have to cost so much? The New York Times November 14 2004.

  2. Rosenthal E. EU splinters when buying drugs. International Herald Tribune November 15 2005.

  3. Kanter J. Europe’s jungle of drug regulators. International Herald Tibune November 14 2005.

  4. Richtlijn 2004/27/EG van het Europees parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot wijziging van de RL 2001/83/EG tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik. Publicatieblad van de Europese Unie (nr. L 136) 30 april 2004. p. 0034-57.

  5. Kanter J. Roche step is positive signal on Herceptin. International Herald Tribune November 9 2005.