De mooiste microbiologie

Bart Vlaminckx
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:B390

artikel

Een van de mooiste facetten van de microbiologie, in mijn optiek, is dat je door goed te kijken door ‘een paar lensjes’ zeer relevant onderzoek kunt doen. Een van de weinige nog overblijvende exemplaren van de microscopen die Antoni van Leeuwenhoek (1632-1723) gebruikte, is in april door Christie’s voor ruim 355.000 euro aan een particuliere bieder verkocht. Het zilveren dingetje had jarenlang in een la gelegen. Met dit instrument zag Van Leeuwenhoek ‘kleijne diertgens’ en, gelet op de haalbare vergroting, is hij waarschijnlijk de eerste geweest die bacteriën gezien heeft. Alhoewel enkele van Van Leeuwenhoeks microscopen nog te bezichtigen zijn (o.a. in Museum Boerhaave, Leiden), is het doodzonde dat opnieuw een exemplaar van deze icoon uit de geschiedenis van de geneeskunde uit het publieke domein verdwijnt.

Van Leeuwenhoek correspondeerde over zijn waarnemingen met de Royal Society in Londen. In deze net opgerichte Britse academie voor de wetenschappen zaten prominenten als Robert Boyle, Christopher Wren en Robert Hooke. Hooke had in 1665 als eerste een boek gepubliceerd met microscopische observaties: Micrographia: or some physiological descriptions of minute bodies made by magnifying glasses. Om de lezer te overtuigen van de schoonheid van de onzichtbaar kleine wereld maakte Hooke gebruik van prachtige illustraties. In de Micrographia beschrijft hij hoe voor het maken van deze prenten ‘a sincere hand and a faithful eye’ nodig waren. Om de observaties die hij deed met zijn ‘faithful eye’ goed en artistiek verantwoord vast te leggen deed hij een beroep op de handen van Christopher Wren.

De uitdaging van deze eerste microscopisten om hun waarnemingen vast te leggen is meer dan 300 jaar later nog steeds actueel. In de medische microbiologie leggen we microscopisch onderzoek aan patiëntenmateriaal nog steeds niet vast. Dit terwijl de microscopie volgens mij de mooiste vorm van microbiologie vertegenwoordigt: voor enkele euro’s en binnen tien minuten kan je de interactie tussen pathogeen en het immunologisch systeem van de patiënt visualiseren. Indien in het purulente sputum van een patiënt met een pneumonie vele grampositieve diplokokken te zien zijn, gaat het om een pneumokokkenpneumonie. Bij een septische patiënt met snel uitbreidende roodheid van de huid en ‘kokken in ketens’ in het weefsel gaat het hoogstwaarschijnlijk om een ernstige wekedeleninfectie met groep A-streptokokken en een toxinegemedieerd shocksyndroom. Een ‘simpel Grammetje’ maakt in dit soort gevallen gerichte antibiotische therapie mogelijk.

Het zal niet lang meer duren voor microscopisch onderzoek aan patiëntenmateriaal digitaal zal worden vastgelegd. Met het digitaal vastleggen (in het EPD) van pathologische en microbiologische observaties zijn de ‘sincere hand and faithful eye’ eindelijk gewaarborgd.

Ook interessant

Reacties