De huisarts is geen hoofdbehandelaar bij ADHD

Opinie
Roger A.M.J. Damoiseaux
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A8674
Abstract

Voor de diagnostiek van ADHD en het beginnen met de medicamenteuze behandeling was het tot nu toe gebruikelijk dat de huisarts de patiënt verwijst naar de ggz. De nieuwe NHG-standaard ‘ADHD’ laat nu echter expliciet toe dat die diagnostiek en het begin van de behandeling wél in de huisartsenpraktijk plaatsvinden.1 Naar mijn idee zou de huisarts geen leidende rol moeten hebben in de diagnostiek en behandeling van ADHD bij kinderen. De diagnostiek is dermate gecompliceerd dat die moeilijk in te passen is in de dagelijkse praktijk van de meeste huisartsen.

ADHD is een veelvoorkomende gedragsstoornis bij kinderen onder de 16 jaar: 5% van alle kinderen in Nederland zou ADHD hebben. Veel van deze kinderen met de diagnose ‘ADHD’ krijgen medicatie; bij 15% van hen wordt die medicamenteuze behandeling geïnitieerd door de huisarts.2 Methylfenidaat is in 2013 in de top 10 van pakketgeneesmiddelen met de hoogste uitgaven gekomen, met…

Auteursinformatie

UMC Utrecht, Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Eerstelijns Geneeskunde, Utrecht.

Contact Prof.dr. R.A.M.J. Damoiseaux, huisarts (r.a.m.j.damoiseaux@umcutrecht.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Roger A.M.J. Damoiseaux ICMJE-formulier
Samenvatting van de NHG-standaard ‘ADHD bij kinderen’
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Marielle
van Avendonk

Wij danken de heer Damoiseaux voor zijn commentaar op de NHG-Standaard ‘ADHD bij kinderen’. Hij ziet deze standaard vooral als een informatief document en niet zozeer als een richtlijn voor problematiek waarbij een leidende rol van de huisarts verwacht wordt.

In de standaard is ervoor gekozen de huisarts ruimte te geven om bij voldoende expertise de diagnostiek en behandeling van kinderen met gedragsproblematiek verder uit te bouwen in de eigen huisartsenvoorziening. Dit kan de zorg dicht bij huis houden en een bijdrage aan de gewenste demedicalisering leveren.

Er zijn veel creatieve en innovatieve mogelijkheden om dit organisatorisch vorm te geven. Een voorwaarde is dat er samenwerkingsafspraken gemaakt worden, waarbij bijvoorbeeld samenwerking aanwezig is met lokale psychologen of orthopedagogen, experts in de huisartsenpraktijk "ingevlogen" worden ten behoeve van diagnostiek en advies of op consultbasis nauwe contacten onderhouden worden. Deze situatie is (nog) lang niet in alle praktijken voorhanden, maar een van de voorwaarden daarvoor is een evidence-based richtlijn en die is er nu.

Werkgroep ADHD bij kinderen