De effectiviteit van geïntegreerde COPD-zorg*

Onderzoek
Annemarije L. Kruis
Melinde R.S. Boland
Willem J.J. Assendelft
Jacobijn Gussekloo
Apostolos Tsiachristas
Theo Stijnen
Coert Blom
Jacob K. Sont
Maureen P.H.M. Rutten-van Molken
Niels H. Chavannes
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A8593
Abstract

Samenvatting

Doel

De effectiviteit vergelijken van een geïntegreerd eerstelijnszorgprogramma voor COPD-patiënten met ‘gebruikelijke zorg’.

Opzet

Clustergerandomiseerde trial met 24 maanden follow-up, Nederlands trialregister NTR2268.

Methode

We randomiseerden 20 huisartsenpraktijken (554 patiënten) in de interventiearm en 20 huisartsenpraktijken (532 patiënten) in de controlearm. In de interventiearm kregen huisarts, praktijkverpleegkundige, fysiotherapeut en eventueel ook diëtist en samenwerkende longarts een tweedaagse nascholing in de onderdelen van een geïntegreerd zorgprogramma en het opstellen van een praktijkplan. Zij kregen ondersteuning via Zorgdraad, een internetportal voor hulpverleners en patiënten, benchmarkrapportages na 0, 6 en 12 maanden, en nascholingsmiddagen na 6 en 12 maanden. De praktijken in de controlearm boden gebruikelijke zorg.

Onze primaire uitkomstmaat was ziektespecifieke kwaliteit van leven na 12 maanden, gemeten met de Clinical COPD Questionnaire (CCQ). Secundaire uitkomstmaten waren kwaliteit van leven (SGRQ, EQ-5D en SF-36), zelfmanagement (SMAS), kortademigheid (MRC), dagelijkse activiteiten (IPAQ), kwaliteit van de geïntegreerde zorg (PACIC), rookstatus en exacerbaties. De genoemde tests en vragenlijsten werden afgenomen bij aanvang en na 6, 9, 12, 18 en 24 maanden.

Resultaten

Na 12 en na 24 maanden was er geen verschil in CCQ-score (gemiddeld verschil: -0,01; 95%-BI: -0,01-0,08). Op de meeste secundaire uitkomstmaten vonden wij evenmin verschil; in de interventiearm waren alleen coördinatie en follow-up van het zorgprogramma beter en gaf een hoger percentage patiënten na 12 maanden aan dat zij meer waren gaan bewegen (32,2 vs. 22,1%; p < 0,001).

Conclusie

Een geïntegreerd COPD-zorgprogramma in de eerste lijn leidt ten opzichte van ‘gebruikelijke zorg’ niet tot verbeteringen in kwaliteit van leven, exacerbaties en kortademigheid.

Auteursinformatie

*Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in British Medical Journal (2014;349:g5392), met als titel ‘Effectiveness of integrated disease management for primary care chronic obstructive pulmonary disease patients: results of cluster randomised trial’. Afgedrukt met toestemming.

Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden.

Afd. Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde: dr. A.L. Kruis, huisarts in opleiding; prof.dr. W.J.J. Assendelft, huisarts (thans Radboudumc, afd. Eerstelijns Gezondheidszorg, Nijmegen); prof.dr. J. Gussekloo, huisarts; prof.dr. N.H. Chavannes, huisarts.

Afd. Medische Statistiek en Bio-informatica: prof.dr. T. Stijnen, hoogleraar biostatistiek.

Afd. Medische Besliskunde: J.K. Sont, epidemioloog.

Erasmus Universiteit, Instituut Beleid & Management Gezondheidszorg, Rotterdam.

M.R.S. Boland, gezondheidseconoom; A. Tsiachristas, gezondheidseconoom; prof.dr. M.P.H.M. Rutten-van Molken, hoogleraar economische evaluatie van zorginnovaties voor chronisch zieken.

Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden.

Stichting Zorgdraad, Oosterbeek.

C. Blom, softwareontwikkelaar.

Contact A.L. Kruis

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: ICMJE-formulieren zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties