De dokter en de zelfgekozen dood

Opinie
Joeri Tijdink
Bert Keizer
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2020;164:B1688

artikel

Voor u ligt het dubbeldikke zomernummer over het zelfgekozen levenseinde. Het debat over dit onderwerp zal nooit worden afgerond. Het viel ons dan ook niet moeilijk om collega’s te vinden die een bijdrage wilden leveren. We hebben in dit nummer onderscheid gemaakt tussen twee soorten zelfgekozen dood: suïcide en euthanasie.

Over suïcide bestaat nauwelijks discussie; elke suïcide is er een te veel. Euthanasie daarentegen vormt steeds weer aanleiding tot meningsverschillen. Na een aarzelend begin vanaf 1975 heeft de Nederlandse euthanasiepraktijk zich op verrassende wijze ontwikkeld. Aanvankelijk ging het om enkele gevallen per jaar, nu zijn dat er zo’n 6000.

Naast deze kwantitatieve groei was er ook een kwalitatieve uitbreiding. Een van de opvallendste aspecten van de euthanasiepraktijk is de onophoudelijke verschuiving van de grenzen waarbinnen men euthanasie verantwoord acht. Van terminaal zieken ging men naar chronisch zieken, toen naar patiënten met beginnende dementie, vervolgens naar psychiatrische patiënten en patiënten met een stapeling van ouderdomsklachten, met als laatste toevoeging patiënten met een zo ver gevorderde dementie dat ze wilsonbekwaam zijn geworden. In het navolgende komen al deze patiëntengroepen aan de orde, alsook de patiënten die in eenzame wanhoop een einde aan hun leven maken.

Rond euthanasie is er altijd sprake van overleg met betrokkenen. Dat betekent dat ook de gemeenschap zich ermee bemoeit in de vorm van de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl). Over sommige indicaties bestaat consensus, maar euthanasieverzoeken bij dementie in de verschillende stadia, bij psychiatrische problematiek en bij stapeling van ouderdomsklachten blijven vragen oproepen. Patiënten, familieleden, politici, theologen, artsen, ethici e.t.q. blijven zich zorgen maken over dit even belangrijke als lastige onderwerp. Er zijn voorstanders, tegenstanders, felle tegenstanders en natuurlijk weifelaars. Begrijpelijk, gezien de complexiteit van begrippen als uitbehandeld, levensmoe, voltooid leven, uitzichtloos en ondraaglijk lijden.

Terugblikkend op de afgelopen 45 jaar mogen we stellen dat er iets bijzonders is bereikt. Binnen onze gemeenschap is het voor het eerst in de geschiedenis mogelijk om onder bepaalde omstandigheden je leven op humane wijze te beëindigen in gesprek met de mensen van wie je houdt.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties