De botbank; een actuele benadering

Opinie
J.B.A. van Mourik
J.A.N. Verhaar
S.K. Bulstra
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1990;134:987-8

Zie ook het artikel op bl. 988.

Sinds tientallen jaren wordt bij orthopedische en traumatologische operaties gebruik gemaakt van botimplantaties.1 De eerste publikatie hierover dateert reeds van 1908. Het aantal indicaties voor het gebruik van bot als implantaat neemt nog steeds toe. De meest voorkomende toepassingen betreffen het opvullen van botdefecten ontstaan na een trauma, na resectie van een maligne of benigne bottumor, na verwijdering van gewrichtsprothesen en na infecties. Tevens wordt gebruik gemaakt van botimplantaties bij spondylodese, artrodese en revisiechirurgie van kunstgewrichten.

De beste operatieresultaten worden bereikt met donorbot dat van de patiënt zelf afkomstig is (autoloog bot). Dit (verse) bot bevat behalve osteoconductieve osteo-inductieve capaciteit, die het omgevende bot aanzet tot botnieuwvorming. In de loop van de maanden na implantatie wordt het autologe bot afgebroken en weer opgebouwd volgens een proces dat ‘creeping substitution’ genoemd wordt. Een bezwaar van autologe botimplantaten is de extra operatie die nodig…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Orthopedie, Postbus 1918, 6201 BX Maastricht.

J.B.A.van Mourik, assistent-geneeskundige; J.A.N.Verhaar en S.K.Bulstra, orthopedisch chirurgen.

Contact J.B.A.van Mourik

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties