Consensus beleid bij de niet in het scrotum gelegen testis

Onderzoek
S.M.P.F. de Muinck Keizer-Schrama
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1987;131:1817-21
Abstract

Samenvatting

Tijdens de consensusbijeenkomst ‘Beleid bij niet-scrotale testis’ werd overeenstemming bereikt over (a) de prevalentie van de niet-ingedaalde testis; (b) de registratie van de testispositie vanaf de geboorte, waarbij het testis-registratiekaartje werd geaccepteerd en (c) – na amendering – de classificatie en nomenclatuur.

Er werden geen expliciete uitspraken gedaan over de vragen: ‘Welke patiënt met een niet-scrotale testis moet behandeld worden? Welke behandeling verdient de voorkeur? Wat is het gunstigste tijdstip voor behandeling?’ Wél was men het eens over een aantal punten die met bovenstaande vragen verband houden: het belang van een zorgvuldige operatietechniek bij orchidopexie; het ontbreken van bewijs dat met intranasale toediening van ‘luteinizing hormone-releasing hormone’ (LH-RH) indaling van niet-ingedaalde testes verkregen kan worden; het ontbreken van bewijs dat orchidopexie, op welke leeftijd dan ook uitgevoerd, bijdraagt aan de fertiliteit.

Na afloop van de consensusbijeenkomst werd door de werkgroep een behandelingsschema voor de patiënt met een niet-scrotale testis opgesteld.

Auteursinformatie

Sophia Kinderziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Rotterdam.

Dr.S.M.P.F.de Muinck Keizer-Schrama, kinderarts.

J.J.E.van Everdingen, stafmedewerker.

Contact Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toetsing (CBO), Postbus 20064, 3502 LB Utrecht

Verantwoording

Namens de werkgroep die de consensusontwikkeling voorbereidde.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties