Complicatie van coronairangiografie bij een patiënte met sclerodermie

Klinische praktijk
Kemal Dogan
Roel Bakx
Peter L. Klemm
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A2704
Abstract

Samenvatting

Op dit artikel zijn de volgende verbeteringen gekomen:

Ten onrechte staat geschreven dat coronairangiografie werd en wordt gebruikt om pulmonale hypertensie vast te stellen. Los van de coronairangiografie werd bij patiënt A met dat doel een invasieve rechtsdrukmeting verricht via de V. femoralis dextra. Daarom dienen de zinnen te vervallen waarin coronairangiografie wordt genoemd om pulmonale hypertensie vast te stellen, namelijk in de samenvatting, de eerste alinea van de inleiding, de tweede alinea van de beschrijving van patiënt A, en in de laatste zin onder het kopje ‘sclerodermie’ van de beschouwing. Ook dienen te vervallen in de beschouwing, onder het kopje ‘coronairangiografie’, de zin: ‘Waarom de cardioloog bij patiënt A koos voor toegang via de A. radialis is niet helemaal duidelijk.’ en in de leerpunten de zin: ‘om dit vast te stellen is coronairangiografie geïndiceerd.’


Sclerodermie is een auto-immuun collageenziekte met microvasculaire afwijkingen aan onder andere de huid, longen en hart. Pulmonale hypertensie is een potentieel levensbedreigende complicatie van sclerodermie. Diagnostische coronairangiografie is geïndiceerd voor het stellen van de diagnose ervan. Een 79-jarige patiënte, bekend wegens sclerodermie en het fenomeen van Raynaud, presenteerde zich met een koude en pijnlijke rechter hand met ulceratieve afwijkingen. Er bleek sprake van arteriële occlusie van de A. radialis na het ondergaan van een coronairangiografie. Aanvankelijk was er toename van afwijkingen, maar na behandeling met bosentan trad verbetering op. Als bij de coronairangiografie voor toegang via de A. femoralis was gekozen, had deze complicatie vermeden kunnen worden. Deze casus benadrukt het belang van aandacht voor voorgeschiedenis en comorbiditeit bij het verrichten van invasieve diagnostiek.

Auteursinformatie

Gelre Ziekenhuizen, locatie Lukas, afdeling Heelkunde, Apeldoorn.

Drs. K. Dogan, arts-assistent chirurgie; dr. R. Bakx, arts-assistent chirurgie (thans: chirurg en kinderchirurg in opleiding in Emma Kinderziekenhuis AMC & VU Medisch Centrum, Amsterdam); dr. P.L. Klemm, chirurg.

Contact drs. K. Dogan (dogan_kemal@hotmail.com)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 29 november 2010

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

B.J.L.
de Rode

Geachte collega,

Tot mijn verrassing kwam ik in het artikel over complicatie bij coronairangiografie herhaald, en zelfs in de leerpunten, tegen dat coronairangiografie geïndiceerd is om vast te stellen of er pulmonale hypertensie is. Een hartcatheterisatie om in de arteria pulmonalis de bloeddruk vast te stellen betreft echter een benadering via een zogenaamde rechtscatheterisatie, dus vanuit een veneuze toegangsweg en zeker niet via een arteriële punctie. Vaststellen van pulmonale hypertensie gaat bovendien met een drukmeting en niet met angiografie!

Los van dit feit ben ik benieuwd of er een - volledig risicoloze - poging is gedaan om door middel van echocardiografie een pulmonale systolische druk te bepalen. 

Als er bij deze patiënt geen andere indicatie bestond voor een coronaire angiografie ben ik van mening dat er hier een ernstige fout is gemaakt.

 

B.J.L. de Rode cardioloog, Almelo

maarten
witsenburg

In de zinvolle casusbespreking van Dogan, Bakx en Klemm "Complicatie van coronairangiogram bij een patiënte met sclerodermie" staat een ernstige fout in het abstract, de tekst en de leerpunten.
Bij het verrichten van een coronairangiogram vindt catheterisatie plaats van aorta en coronairvaten. Daarmee kan natuurlijk geen indruk worden verkregen over pulmonale hypertensie. Om die te meten dient een rechtscatheterisatie worden verricht.
Deze pijnlijke fout was door consultatie van een b.v een cardioloog te voorkomen geweest. Ook had m. i. de reviewer dit niet mogen missen.

met vriendelijke groet,

 

Maarten Witsenburg,  kindercardioloog, ErasmusMC

Geachte Collegae van de Redactie NTvG,

Er staat een storende "misser" in het artikel "Complicatie van coronairangiografie bij een patiente met sclerodermie" in het Tijdschrift dat vandaag in de bus kwam. Er wordt in het artikel steeds gesproken over coronairangiografie als diagnostische ingreep voor het vaststellen van pulmonale hypertensie.Dit klopt niet. Voor het (invasief) vasstellen van pulmonale hypertensie worden drukmetingen in de kleine circulatie gedaan "rechts-catherisatie" via veneuze toegang). Er moet bij deze patiente een andere indicatie zijn geweest voor coronairangiografie. Hebben de referenten geslapen ?

Vriendelijke groet,

Aggie H.M.M. Balk, cardioloog, ErasmusMC

Met interesse heb ik het artikel "Complicatie van coronairangiografie bij een patiënte met sclerodermie" , geschreven door de collegae Dogan, Bakx en Klemm in het NTvG van 29 januari 2011, gelezen.Toen ik indertijd  als longarts werkte in het Academisch Ziekenhuis te Utrecht heb ik op verzoek van één van de dermatologen relatief heel veel sclerodermie patiënten gezien. Het probleem van het ontstaan van een pulomonbale hypertensie bij deze patiënten is mij dus zeer bekend.
Voor het vaststellen van deze uitting van sclerodermie maakte ik altijd gebruik van echocardiografie en/of een rechtscatheteristie met drukmeting waarbij de rechter hartshelft en het pulmonale vaatbed via het aanprikken van een grote vene, meestal de Vena Femoralis in kaart gebracht werd.
Ik was dan ook verbaasd reeds in de ziektegeschiedenis van patiënte te lezen dat een coranairangiografie had plaats gevonden om een pulmonale  hypertensie vast te stellen. Er zal ongetwijfelt een reden geweest zijn voor deze coronairangiografie doch niet voor het vaststellen van de bloeddruk in de Arteria Pulmonalis, dat is via de arteriele weg onmogelijk. Misschien dacht men aan aantasting van de coronaire vaten in het kader van de sclerodermie, hoewel dat veel zeldzamer dan aantasting van het pulmonale vaatbed.
Met het 3de leerpunt van het artikel ben ik het dan ook in het geheel niet eens. Hier had gewezen moeten worden op de mogelijkeheden van echocardiografie en indien een bloedige methode absoluut noodzakelijk is op de optie van een rechtscatheterisatie via een grote vene.

Tenslotte huldigde ik altijd het standpunt dat bij patiënten met het syndroom van Raynaud ook voor een enkele arteriepunctie (bijvoorbeeld voor het verkrijgen van een arterieel bloedgasmonster) de Arteria Femoralis veel veiliger is dan de Arteria Radialis. Ik had het dan ook beter gevonden als dit als leerpunt in het artikel was opgenomen.

 

Met vriendelijke groet,

H.J.Huidekoper, longarts

Leon
van den Toom

Graag wil ik reageren op het casuistiek manuscript van collega Dogan, getiteld "Complicatie van coronairangiografie bij een patiente met sclerodermie", gepubliceerd in het NTVG van 29/01/2011.
Het zou wellicht aan te bevelen zijn geweest als de auteurs informatie hadden ingewonnen bij specialisten op het gebied van systeemziekten en pulmonale hypertensie.
Terecht wordt in het artikel aandacht besteed aan pulmonale hypertensie als complicatie van "sclerodermie". Deze laatste term wordt echter vrijwel niet meer gebruikt en is vervangen door "systemische sclerose", daar het niet alleen een huidziekte betreft. Daarnaast wordt de ziekte niet ingedeeld in gelokaliseerd, waarbij alleen de huid is aangedaan, en systemisch, met aantasting van meerdere orgaansystemen. De indeling betreft in werkelijkheid een "gelimiteerde huidvorm", waar de huid beperkt is aangedaan (niet voorbij de ellebogen), maar waarbij er wel ernstige complicaties kunnen zijn zoals pulmonale hypertensie, en een "uitgebreide huidvorm", waarbij de huid voorbij de ellebogen is aangedaan, en er vaak tevens sprake is van longfibrose (en niet van pulmonale hypertensie).

Storender is echter de in het artikel veel vermeldde opmerking dat pulmonale hypertensie wordt gediagnostiseerd middels een coronairangiografie. Dit is zeker niet het geval. Ik weet niet met welke reden de coronairangiografie bij genoemde patiente is verricht, maar hopenlijk niet om pulmonale hypertensie (PH) aan te tonen of uit te sluiten. Met een coronairangiografie wordt immers naar de coronairen gekeken. PH daarentegen wordt gediagnostiseerd mbv een rechter hart catheterisatie waarbij gebruik wordt gemaakt van een veneuze toegangsweg.
Er wordt vervolgens nog even gerefereerd aan het artikel van Vonk et al, waarbij wordt gesteld: ..."doordat bij vroegdiagnostiek een behandeling kan worden ingesteld". Deze behandeling kan ook worden ingesteld bij latere diagnostiek. Het is nog niet duidelijk of vroegdiagnostiek de overleving verbetert.
Concluderend heeft het artikel enigszins aan waarde ingeboet door bovenstaande, en dat is te betreuren.

 

Leon van den Toorn, longarts, Centrum voor Vasculaire en Diffuse Longziekten Erasmus MC Rotterdam