Caverneus angioom in de hersenen; de indicatie voor neurochirurgische verwijdering

Klinische praktijk
A. Kloet
J.A. Carpay
J.A.L. Wurzer
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1996;140:2494-8

De neurochirurg wordt steeds vaker geconfronteerd met de vraag of bij vermoeden van een caverneus angioom in de hersenen een operatieve verwijdering van deze afwijking moet worden gepland. Mede omdat een dergelijke vaatmisvorming doorgaans milde neurologische symptomen veroorzaakt en soms zelfs bij toeval op het kernspinresonantie-tomogram (de MRI-scan) van de hersenen wordt aangetroffen, kan de beantwoording van die vraag moeilijk zijn. De laatste jaren is veel meer bekend geworden over het natuurlijke beloop van het caverneuze angioom en over de operatieve mogelijkheden, zodat op een rationelere wijze kan worden beslist of een operatie moet plaatsvinden.

Het caverneuze angioom wordt histologisch onderscheiden van 3 andere vaatmisvormingen in de hersenen: de capillaire teleangiëctasie, de arterioveneuze malformatie en het veneuze angioom. Indien een cerebrale vaatmisvorming angiografisch niet zichtbaar gemaakt kan worden, spreekt men van een cryptische vasculaire malformatie (tabel). Pas sinds de komst van de MRI-diagnostiek zijn cryptische vasculaire malformaties goed aantoonbaar…

Auteursinformatie

Westeinde Ziekenhuis, Postbus 432, 2501 CK Den Haag.

Afd. Neurochirurgie: A.Kloet en J.A.L.Wurzer, neurochirurgen.

Afd. Neurologie: J.A.Carpay, neuroloog.

Contact A.Kloet

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties